PIN-codes
Gebruikerscodes (PIN-codes)
De AlphaVision NG wordt bediend middels gebruikerscodes (PIN-codes). Er kunnen maximaal 98
gebruikerscodes geprogrammeerd worden.
Een bijzondere vorm van gebruikerscodes is de proximity-pas. Hierbij zit de gebruikerscode in de
proximity-pas. Iedere keer, wanneer de gebruiker de PIN-code in moet toetsen, kan in plaats daarvan de
proximity-pas bij het LCD/PROX bedieningspaneel gehouden worden. In het LCD/PROX bedieningspaneel
zit een proximity-lezer, die (op enkele centimers afstand) de code uit de proximity-pas kan uitlezen. Het
"aanbieden" van de proximity-pas bij de proximity-lezer is hetzelfde als het intoetsen van de 6-cijferige code
die in de proximity-pas geprogrammeerd staat.
De proximity-pas kan gebruikt worden bij zowel een LCD/PROX bedieningspaneel als bij de NG Prox
Lezer. De proximity-pas kan uitsluitend op een LCD/PROX bedieningspaneel geprogrammeerd worden.
Wanneer een proximity-pas op een LCD/PROX bedieningspaneel geprogrammeerd is, dan is direct na het
programmeren ook geldig op andere aanwezige LCD/PROX bedieningspanelen of bij een NG Prox Lezer.
Keuze: 4, 5 of 6 cijferige gebruikerscodes (PIN-codes)
Alle gebruikerscodes (PIN-codes) en installateurscode zijn 4-, 5- òf 6-cijferig. Het aantal cijfers waaruit een
gebruikerscodes bestaat is standaard ingesteld op 6-cijferig, maar is te wijzigen in scherm 8.
(blz.49)
Er kunnen in totaal 98 gebruikerscodes (PIN-codes) geprogrammeerd worden (installateurscode niet
e
inbegrepen). De 98
code is de PIN-code van de systeembeheerder of hoofdgebruiker. De installateurscode
wordt geprogrammeerd op locatie 99.
Advies: laat het aantal cijfers van de gebruikerscode op 6 staan.
Wanneer het aantal cijfers van de gebruikerscode bijvoorbeeld op 4 is geprogrammeerd, dan ondervindt de
gebruiker hiervan bij het programmeren van de PIN-codes via F6# geen problemen. Echter, wanneer de
PIN-codes middels de PC worden geprogrammeerd, dan moeten de codes toch 6-cijferig worden
geprogrammeerd. Hiertoe worden 2 nullen achter de 4 cijfers van de PIN-code ingevoerd (of 1 nul bij 5-
cijferige codes).
Waarschuwing bij gebruik van het up/download pakket Alphamanager: bij het Alphamanager
softwarepakket moeten de hoofdgebruikerscode en de installateurscode altijd 6-cijferig ingegeven worden.
Deze 6 cijfers moeten overeenkomen met de 6 cijfers die in de centrale geprogrammeerd zijn. Stel dat de
centrale nog voorzien is van de standaard codes 445566 (hoofdgebruiker) en 123456 (installateur) en dat
alleen het aantal cijfers van de gebruikerscode op 4 gezet is, dan moet bij het Alphamanager pakket dus de
codes 445566 en 123456 geprogrammeerd worden. Is later de hoofdgebruikerscode gewijzigd in 9876, dan
is dit in de centrale opgeslagen als 987600 en moet er in Alphamanager dus 987600 voor de
hoofdgebruikerscode ingevoerd zijn!
Let op: Bij gebruik van proximity bedieningspanelen is het noodzakelijk om alle PIN-codes 6-cijferig te
programmeren!
Niveau van gebruikerscodes (PIN-codes)
Bij iedere geprogrammeerde PIN-code wordt een niveau (0-7) geprogrammeerd. Hoe hoger het niveau, des
te meer funkties kan de gebruiker met deze PIN-code uitvoeren. Uitzondering: een geprogrammeerd niveau
7 heeft qua niveau dezelfde mogelijkheden als niveau 2.
De gebruikersniveaus zijn als volgt verdeeld:
Installateurshandleiding AlphaVision NG
Rev. 2.0 27-08-2003 Blz. 59/112