Inhoudsopgave
Advertenties
SCHERM 2
INSTALLATIE GEGEVENS: AlphaVision NG v2.0 -- datum
IO01 IO02 IO03 IO04 IO05 IO06 IO07 IO08 IO09 IO10 IO11 CENTR. KK
Inbraak
A 19
..
Inbraak
B 19
..
Inbraak
C 19
..
Inbraak
D 19
..
Inbraak
E 19
..
Inbraak
F 19
..
Inbraak
G 19
..
Inbraak
H 19
..
Sabotage
A 20
..
Sabotage
B 20
..
Sabotage
C 20
..
Sabotage
D 20
..
Sabotage
E 20
..
Sabotage
F 20
..
Sabotage
G 20
..
Sabotage
H 20
..
In scherm 2 moet per gebeurtenis (bijvoorbeeld Inbraak), per sectie (bijvoorbeeld sectie A)
geprogrammeerd worden welke alarmuitgang(en) bij deze gebeurtenis aangestuurd worden. In bovenstaand
scherm is bijvoorbeeld aangegeven dat indien er een INBRAAK alarm optreedt in SECTIE A er bij I/O
module 01 de uitgangen 1 en 9 (niet uitgang 19) aangestuurd worden en van de Centrale eveneens de
uitgangen 1 en 9 (niet uitgang 19). In dit geval zal op I/O module 1 uitgang 1 (relais) en uitgang 9
(luidspreker) aangestuurd worden. Tevens zal op de centrale ook uitgang 1 (relais) en uitgang 9 (luidspreker)
aangestuurd worden.
Voorbeeld: wanneer bij een INBRAAK alarm van sectie E er bij I/O module 01 de uitgangen 3 en 4
aangestuurd moeten worden en van de centrale uitgangen 5, 6 en 7 dan zou de regel voor het programmeren
van INBRAAK alarm SECTIE E er als volgt uitzien:
Inbraak
E 34
..
Bij iedere soort gebeurtenis kan er dus per sectie worden bepaald welke uitgang er per I/O module of bij de
centrale geactiveerd wordt. Per I/O module kunnen er per gebeurtenis per sectie maximaal 2 uitgangen
tegelijkertijd geactiveerd worden en bij de centrale maximaal 3 uitgangen tegelijkertijd geactiveerd worden.
Hoe lang een uitgang geactiveerd blijft wordt geprogrammeerd bij scherm 8.
Bij Sabotage is tevens onderscheid gemaakt in activering van uitgangen afhankelijk van de status
(ingeschakeld of uitgeschakeld zijn) van het systeem. Bij I/O modules kunnen maximaal 2, en bij de centrale
maximaal 3 uitgangen worden geactiveerd. Het rechter cijfer bij een I/O module of centrale (altijd 1 cijfer) is
de uitgang die wordt geactiveerd wanneer het systeem is uitgeschakeld. Het linker cijfer van de I/O module
of de 2 linker cijfers van de centrale zijn de uitgangen die worden geactiveerd indien het systeem is
ingeschakeld.
Sabotage
D 12
..
Voorbeeld, bij Sabotage in sectie D zal uitgang 1 op I/O module en uitgangen 3 en 4 op de centrale worden
geactiveerd als het systeem is ingeschakeld. Als het systeem is uitgeschakeld zal uitgang 2 van de I/O
module en uitgang 5 van de centrale worden geactiveerd.
Bij iedere soort gebeurtenis kan tevens de Kiezer Kode (KK) geprogrammeerd worden. Deze code heeft
geen betekenis wanneer de doormelding plaatsvindt middels het SIA-HS en gewone SIA protocol. De KK
kode wordt wel gebruikt bij andere protocols, zoals privé, sematone en semadigit (zie uitleg bij scherm 9
en de specifieke kiezer protocol informatie).
(blz.53)
Installateurshandleiding AlphaVision NG
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
019
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
200
..
..
..
..
567
(blz.49)
..
..
..
..
345
Rev. 2.0 27-08-2003 Blz. 44/112
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
00
Advertenties
Inhoudsopgave
