Batterijlading controleren
U kunt de lading van de batterij controleren met behulp van de batterij-indicatieknop en de
batterij-indicatielampjes op de sonde. In "Onderdelen sonde" op pagina 3-4 ziet u waar deze
zich bevinden.
Opmerking —
Lichtpatroon
Alle 4 de lampjes aan
3 lampjes aan
2 lampjes aan
1 lampje aan
1e lampje knippert
De sondebatterijlading controleren met behulp van de sonde:
1. Druk op de batterij-indicatieknop om de batterij-indicatielampjes te bekijken.
2. Als het eerste lampje knippert, duidt dat aan dat de lading van de sondebatterij te laag
is om het onderzoek uit te voeren.
De sondebatterijlading controleren met behulp van de Butterfly iQ™-app:
De toestand van de sondebatterij wordt bovenaan het beeldvormingsscherm weergegeven.
Als de batterijlading te laag is (25% of minder), kunt u mogelijk geen onderzoek uitvoeren
totdat de batterij weer is opgeladen. Houd de batterij volledig opgeladen wanneer dat
mogelijk is.
Opmerking —
Om te zorgen dat de sonde voldoende lading heeft om een onderzoek uit
te voeren, kan de lading het best boven 25% worden gehouden.
Tabel 4-1 Batterijladingsindicatielampjes sonde
U kunt het batterijladingspercentage bekijken op het scherm My iQ (Mijn iQ).
Nadere inlichtingen vindt u in "Uw systeeminstellingen configureren" op
pagina 4-4.
Batterijlading bij benadering
87,5% - 100%
67,5% - 87,4%
37,5% - 67,4%
12,5% - 37,4%
<12%
Het systeem opzetten
Gebruikershandleiding Butterfly iQ™
De sonde opladen
4-8