6 GEHEUGENS
M Geheugens programmeren
Geheugens kunnen zowel in de VFO- als in de geheugen-
mode geprogrammeerd worden.
D Geheugens programmeren in de VFO-mode
q Stel de gewenste werkfrequentie en mode in, in de VFO-
mode.
w Druk een paar keer op [▲]/[▼] om het gewenste geheu-
gen te kiezen.
● Het geheugendisplay kan handig zijn om een geheugen te
kiezen (p. 101).
● De inhoud van een gekozen geheugen verschijnt in het
geheugendisplay (onder de ingestelde werkfrequentie).
● "--.---.--" verschijnt als het gekozen geheugen leeg is.
e Houdt [MW] 1 sec. ingedrukt om de ingestelde werkfre-
quentie, mode, enz. op te slaan in het gekozen geheu-
gen.
D Geheugens programmeren in de geheugenmode
q Kies het gewenste geheugen met de
de geheugenmode.
● De inhoud van een gekozen geheugen verschijnt in het
display.
● Als het geheugen leeg is, verschijnt er niets in het display.
w Kies de gewenste frequentie en mode in.
● Gebruik, als een geheugen leeg is, het toetsenbord
voor directe frequentie-invoer, het snelgeheugen, enz.
(p. 29).
e Houdt [MW] 1 sec. ingedrukt om de getoonde frequentie
en mode in het gekozen geheugen te programmeren.
-toetsen in
[▲]/[▼]
- 102 -
[VOORBEELD]:
Programmeer 7.088 MHz/LSB in geheugen nummer 12.
of
[VOORBEELD:
Programmeer 21.280 MHz/USB in geheugen nummer 19.
of
dan
1 sec. ingedrukt houden
1 sec. ingedrukt houden