Instelling
PICTURE (Beeld)
BACKLIGHT*
1
Hiermee stelt u de algemene helderheid van het beeld en de achtergrond op het scherm in. Druk op +
(Achtergrondverlichting)
of - als u deze waarde wilt aanpassen.
OPMERKING: Wanneer MODE1 (Modus1) of MODE2 (Modus1) is geselecteerd in ROOM LIGHT
SENSING (Sensor voor kamerverlichting), kan deze functie niet worden gewijzigd.
1
CONTRAST*
Hiermee stelt u de helderheid van het beeld ten opzichte van de achtergrond in. Druk op + of - als u
deze waarde wilt aanpassen.
OPMERKING: Als in de beeldmodus de optie sRGB is geselecteerd, kan deze functie niet worden gewijzigd.
SHARPNESS*
1
(Scherpte)
Hiermee stelt u de scherpte van het beeld in. Druk op + of - als u deze waarde wilt aanpassen.
BRIGHTNESS*
1
(Helderheid) Hiermee stelt u de helderheid van het beeld ten opzichte van de achtergrond in. Druk op + of - als u
deze waarde wilt aanpassen.
OPMERKING: Als in de beeldmodus de optie sRGB is geselecteerd, kan deze functie niet worden gewijzigd.
1
COLOR TEMPERATURE*
Hiermee past u de kleurtemperatuur van het scherm aan. Een lage kleurtemperatuur maakt het scherm
(Kleurtemperatuur)
enigszins rood. Een hoge kleurtemperatuur maakt het scherm enigszins blauw. Als de kleurtemperatuur
verdere aanpassing vereist, kunnen de individuele R/G/B-niveaus van het witpunt worden aangepast.
De optie CUSTOM (Aangepast) moet worden weergegeven als de selectie voor de kleurtemperatuur
om de R/G/B-niveaus te kunnen aanpassen.
OPMERKING: Wanneer sRGB is geselecteerd in de beeldmodus, wordt de vooraf gedefi nieerde
waarde 6500k ingesteld zodat deze niet kan worden gewijzigd.
Wanneer PROGRAMMABLE1, PROGRAMMABLE2 of PROGRAMMABLE3 (Programmeerbaar1, 2 of 3)
is geselecteerd in GAMMA CORRECTION (Gammacorrectie), kan deze functie niet worden gewijzigd.
COLOR CONTROL*
1
Hiermee past u de tint van rood, geel, groen, cyaan, blauw en magenta aan.
(Kleurinstellingen)
OPMERKING: Als in de beeldmodus de optie sRGB is geselecteerd, kan deze functie niet worden gewijzigd.
1
GAMMA CORRECTION*
Hiermee kiest u een weergavegamma voor de beste beeldkwaliteit.
(Gammacorrectie)
OPMERKING: Als in de beeldmodus de optie sRGB is geselecteerd, kan deze functie niet worden gewijzigd.
NATIVE (Standaard)
De gammacorrectie wordt geregeld door het lcd-scherm.
2,2
Vaak gebruikt weergavegamma voor gebruik met een computer.
2,4
Geschikt voor beeld (dvd, enz.)
S GAMMA
Speciaal gamma voor bepaalde typen fi lms. Versterkt de donkere delen en verzwakt de lichtere delen
van het beeld. (S-Curve)
DICOM SIM.
DICOM GSDF-curve gesimuleerd voor lcd-type.
PROGRAMMABLE1, 2, 3
Met behulp van optionele NEC-software kunt u een programmeerbare gammacurve laden.
(Programmeerbaar1, 2, 3)
1
UHD UPSCALING*
Hiermee bereikt u een HD-effect.
(UHD opschalen)
PICTURE MODE
Hiermee selecteert u de beeldmodus, [HIGHBRIGHT] (Hoog helder), [STANDARD] (Standaard),
(Beeldmodus)
[sRGB], [CINEMA] (Bioscoop), [CUSTOM1] (Aangepast 1), [CUSTOM2] (Aangepast 2),
[SVE-1 SETTINGS] (SVE-1-instellingen), [SVE-2 SETTINGS] (SVE-2-instellingen), [SVE-3 SETTINGS]
(SVE-3-instellingen), [SVE-4 SETTINGS] (SVE-4-instellingen) of [SVE-5 SETTINGS]
(SVE-1-instellingen). Zie pagina 19.
RESET (Fabrieksinstellingen) Hiermee zet u voor de volgende instellingen in het menu PICTURE (Beeld) de fabrieksinstellingen terug:
BACKLIGHT (Achtergrondverlichting), CONTRAST, SHARPNESS (Scherpte), BRIGHTNESS (Helderheid),
COLOR TEMPERATURE (Kleurtemperatuur), COLOR CONTROL (Kleurinstellingen), GAMMA
CORRECTION (Gammacorrectie), UHD UPSCALING (UHD opschalen).
ADJUST (Aanpassen)
ASPECT (Beeldverhouding)
Hiermee stelt u de verhoudingen van het schermbeeld in.
OPMERKING: Als ASPECT is ingesteld op DYNAMIC (Dynamisch) of ZOOM, wordt het beeld
gewijzigd in FULL (Volledig) voor POINT ZOOM (Puntzoom), IMAGE FLIP (Beeld spiegelen), SCREEN
SAVER (Schermbeveiliging) en start het vervolgens in POINT ZOOM (Puntzoom), IMAGE FLIP
(Beeld spiegelen) of SCREEN SAVER (Schermbeveiliging). Na POINT ZOOM (Puntzoom), IMAGE
FLIP (Beeld spiegelen), SCREEN SAVER (Schermbeveiliging) wordt ASPECT weer ingesteld op
het voorgaande ASPECT. Als ASPECT wordt gewijzigd tijdens POINT ZOOM (Puntzoom), geven
DYNAMIC (Dynamisch), IMAGE FLIP (Beeld spiegelen), SCREEN SAVER (Schermbeveiliging) en
ZOOM het volledige beeld.
Wanneer INPUT CONFIGURATION (Ingangsconfi guratie) actief is, is ZOOM niet beschikbaar. ZOOM is
niet beschikbaar met een signaal van 3840 x 2160 bij 60 Hz.
NORMAL (Normaal)
Hiermee wordt de hoogte-breedteverhouding weergegeven zoals deze door de bron is verzonden.
FULL (Volledig)
Weergave in volledig scherm.
WIDE (Breed)
Vergroot 16:9 tekstvaksignaal totdat deze in volledig scherm wordt weergegeven.
DYNAMIC (Dynamisch)
Vergroot beelden van 4:3 op non-lineaire wijze totdat deze in volledig scherm worden weergegeven.
Beelden buiten het weergavegebied vallen weg door de vergroting van het beeld.
1:1
Het beeld weergeven als 1 x 1 pixel. (Als de ingangsresolutie hoger is dan 3840 x 2160, wordt de
resolutie van het beeld verlaagd om toch op het scherm te passen.)
Als ROTATE (Draaien) van MULTI PICTURE CONTROL (Besturing van meerdere beelden) is
geselecteerd, kunnen tekens en regels wat vaag zijn, afhankelijk van de signaalresolutie.
*1: Als SPECTRAVIEW ENGINE is ingesteld op ON (Aan), is deze functie niet beschikbaar.
*2: Afhankelijk van invoersignaal.
Nederlands-23
Standaard
Afhankelijk van
locatie
50
50*
2
50
10000K
0
2
NATIVE*
(behalve
sRGB-
instelling)
OFF (Uit)
Afhankelijk van
locatie
-
FULL
(Volledig)
-
-
-
-
-