Een bestemming zoeken
p Met de functie "Gecombineerd zoeken" kunt u ook naar
opgeslagen gegevens zoeken.
1 Druk op de MAP-toets en tip
2 Tip [Nieuwe route] aan.
3 Tip [Gecombineerd zoeken] aan.
4 Tip het rechter tekstvak aan en voer het land en
de stad in.
5 Voer in het linker tekstvak de naam, het adres
of de categorie van de bestemming in, en tip
aan.
6 Tip het item aan.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
7 Tip rechts van de lijst om de zoekresultaten te
verfijnen.
Als u het logo van een provider van kaartgegevens
aantipt, kunt u de lijst verfijnen door de resultaten
van die provider te tonen.
8 Tip [Als bestemming selecteren] aan en vervol-
gens [Start navigatie].
Uw navigatiesysteem begint met de routebegeleiding.
Een locatie aan de hand van de
coördinaten zoeken
Voer de breedtegraad en de lengtegraad in om de locatie te
bepalen.
1 Druk op de MAP-toets en tip
2 Tip [Nieuwe route] aan.
3 Tip
aan om de volgende pagina te tonen.
4 Tip [Coördinaat] aan.
5 Voer de breedtegraad in en tip [OK] aan.
p Als het tekstveld al een waarde bevat, verwijdert u eerst die
waarde.
aan.
p U kunt de breedtegraad en de lengtegraad in een van de
volgende notaties weergeven: decimale graden; graden
en decimale minuten; of graden, minuten en decimale
seconden.
Als u de coördinaten in UTM-indeling invoert, tipt
u
aan en vervolgens [UTM-coördinaten].
6 Voer de lengtegraad in en tip [Vertrek!] aan.
p Als het tekstveld al een waarde bevat, verwijdert u eerst die
waarde.
De gezochte locatie wordt op het kaartscherm aangegeven.
7 Tip [Als bestemming selecteren] aan en vervol-
gens [Start navigatie].
Uw navigatiesysteem begint met de routebegeleiding.
Een locatie zoeken door de
kaart te verschuiven
Wanneer u een locatie opgeeft nadat u de kaart hebt verschoven,
kunt u de positie als bestemming of tussenpunt instellen.
1 Druk op de MAP-toets.
2 Tip de kaart op het scherm aan en versleep
hem om hem te verschuiven.
3 Tip de locatie aan die u als uw bestemming wilt
selecteren.
De cursor verschijnt.
4 Tip [Als bestemming selecteren] aan en vervol-
gens [Start navigatie].
Uw navigatiesysteem begint met de routebegeleiding.
Gebruik van het "Locatie op
kaart" scherm
Nadat een locatie gezocht is, verschijnt het "Locatie op kaart"
scherm. U kunt sommige opties voor de route of de getoonde
kaartlocatie selecteren voordat de route wordt berekend.
aan.
1
2
3
5
6
p Als u de kaart aantipt, wordt de cursor op de betreffende
positie geplaatst. U kunt de kaart ook verschuiven door de
kaart te verslepen.
1 Inzoomen/uitzoomen
p U kunt de kaart ook in- en uitzoomen door hem met uw
vingers te knijpen of te verbreden.
2 Het "Locatie op kaart" scherm annuleren en de kaart van de
huidige positie weergeven.
3 De cursor naar de beginpositie terugzetten en de kaart naar
de beginschaal terugzetten.
4 Hier ziet u de voorkeuren van de routebepaling voor de
routeberekening. Tip de toetsen aan om de voorkeuren in of
uit te schakelen.
Als deze toets is geactiveerd, wordt een route
berekend met voorkeur voor snelwegen.
Als deze toets is geactiveerd, wordt een route
berekend met voorkeur voor tolwegen waar-
voor u per gebruik moet betalen.
Als deze toets is geactiveerd, wordt een route
berekend met voorkeur voor veerboten.
Als deze toets is geactiveerd, wordt een route
berekend met voorkeur voor carpoolstroken.
5 Terugkeren naar het vorige scherm.
6 Hiermee zet u de cursor op de bestemming (of tussenpunt).
7 De snelkoppelingen weergeven.
Uitgebreide informatie:
Gedetailleerde informatie van het punt.
Locatie opslaan:
De getoonde locatie opslaan als uw favoriete locatie. Een
opgeslagen locatie kan later eenvoudig opnieuw worden
opgeroepen.
4
7
17