Functieknoppen
De functies van de functieknoppen worden aangeduid door de pictogrammen die onderaan op het
scherm worden weergegeven.
De functies van de knoppen zijn afhankelijk van het weergegeven scherm. (Op sommige schermen
worden geen pictogrammen weergegeven.)
Als u op het weergavescherm of het MENU-scherm op de functieknop
vorige scherm.
Opname
1
2
* Omschakelen tussen het beeld van het hoofdtoestel van de dashboardcamera en de 2e camera (los
verkrijgbaar) is alleen mogelijk als de 2e camera (los verkrijgbaar) aangesloten is.
Tijdens weergave
5
6
Tijdens weergave van het MENU-scherm
9
a
* Als het MENU-scherm voor volume of gevoeligheid wordt weergegeven, kunt u het volume of de
gevoeligheid verhogen of verlagen.
1 Hoofdmenu weergeven
2 Cameravideo omschakelen*
3 Foto maken
3
4
4 Handmatige gebeurtenisopname
5 Terug
6 Vorig bestand
7 Volgende bestand
8 Afspelen/stoppen, wissen
7
8
9 Terug
a Omhoog*
b Omlaag*
b
c
c Bevestigen
Ingedrukt houden om Wi-Fi aan/uit te zetten
Ingedrukt houden om de microfoon aan/uit te
zetten
Ingedrukt houden om Wi-Fi aan/uit te zetten
Ingedrukt houden om de microfoon aan/uit te
zetten
− 29 −
drukt, keert u terug naar het