3-INSTALLATIE EN MONTAGE
VÓÓR DE INSCHAKELING
ALGEMENE WAARSCHUWINGEN
Verwijder alle voorwerpen die vlam kunnen vatten uit de vuurpot van het product en van het glas (handleiding, diverse stickers en
eventueel piepschuim).
Controleer of de vuurpot correct geplaatst is en goed op de basis steunt.
Na een lange periode van inactiviteit verwijdert u (met gebruik van een stofzuiger met lange buis) de eventuele pelletresten
uit de voorraadbak omdat deze na lange tijd vocht opgenomen kunnen hebben, waardoor de oorspronkelijke kenmerken
veranderen en ze niet meer geschikt zijn om verbrand te worden.
De eerste ontsteking zou ook kunnen mislukken omdat de transportschroef leeg is en er niet altijd in slaagt de vuurpot
tijdig met de benodigde hoeveelheid pellets te vullen die voor de regelmatige ontsteking van de vlam noodzakelijk is.
ANNULEER DE ALARMSTATUS VAN GEEN ONTSTEKING DOOR KEUZESCHAKELAAR "D" OP OFF TE ZETTEN. VERWIJDER DE
OVERGEBLEVEN PELLETS UIT DE VUURPOT EN HERHAAL DE INSCHAKELING.
Als na herhaalde pogingen om te ontsteken geen vlam verschijnt, ook al is een regelmatige toevoer van pellets aanwezig, moet
gecontroleerd worden of de vuurpot correct geplaatst is, die perfect in zijn zitting moet aansluiten en geen afzettingen van
asresten mag bevatten. Als tijdens deze controle geen onregelmatigheden worden opgemerkt, is een probleem aanwezig met de
onderdelen van het product of werd de installatie niet correct uitgevoerd.
VERWIJDER DE PELLETS UIT DE VUURPOT EN VRAAG OM TUSSENKOMST VAN EEN ERKENDE TECHNICUS.
Raak de kachel niet aan tijdens de inschakeling omdat de lak tijdens deze fase hard wordt. Als de lak wordt
aangeraakt kan het stalen oppervlak te voorschijn komen.
Herstel de lak indien noodzakelijk met behulp van een spray van de gewenste kleur. (raadpleeg "Accessoires voor pelletkachels").
28