HP CoolSense (alleen bepaalde modellen)
Als HP CoolSense
zich niet meer op een "vaste" locatie bevindt, en worden de prestaties en de ventilatorinstellingen zo
aangepast dat de temperatuur van de behuizing van de computer een optimaal comfortniveau houdt.
Als HP CoolSense is uitgeschakeld, wordt de positie van de computer niet gedetecteerd en blijven de
prestaties en de ventilatorinstellingen staan op de fabrieksinstelling. Daardoor kan de temperatuur
van de behuizing hoger oplopen dan het geval zou zijn met HP CoolSense aan.
U schakelt CoolSense als volgt in of uit:
1.
Selecteer Start > Configuratiescherm > Hardware en geluiden > HP CoolSense.
2.
Selecteer Aan of Uit.
50
Hoofdstuk 6 Energiebeheer
is ingeschakeld, detecteert de applicatie automatisch wanneer de computer