Samenvatting van Inhoud voor HP EliteBook Notebook PC
Pagina 1
HP EliteBook Notebook PC Gebruikershandleiding...
Pagina 2
De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten en diensten staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten en diensten. Aan de informatie in deze handleiding kunnen geen aanvullende rechten worden ontleend.
Kennisgeving aangaande de veiligheid WAARSCHUWING! U kunt het risico van letsel door verbranding of van oververhitting van de computer beperken door de computer niet op uw schoot te nemen en de ventilatieopeningen van de computer niet te blokkeren. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg dat de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een optionele printer naast de computer) of een voorwerp van zacht materiaal (zoals een kussen, een kleed of kleding).
Bedieningselementen voor draadloze communicatie gebruiken ....... 16 Knop voor draadloze communicatie gebruiken ..........16 Wireless Assistant-software gebruiken ............. 16 HP Connection Manager gebruiken (alleen bepaalde modellen) ...... 17 Voorzieningen van het besturingssysteem gebruiken ........17 WLAN gebruiken ........................ 18 Draadloos netwerk installeren ................18 Draadloos netwerk beveiligen ................
Pagina 6
Externe muis aansluiten ....................33 Toetsenbord gebruiken ........................34 Toetsenbordlampje gebruiken ................... 34 Sneltoetsen gebruiken ....................... 34 HP QuickLook 3 gebruiken ......................... 35 Toetsenblokken gebruiken ......................... 36 Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken ..............37 Geïntegreerd numeriek toetsenblok in- en uitschakelen ........37 Schakelen tussen functies van toetsen op het geïntegreerde toetsenblok ..
Pagina 7
Externe monitor of projector aansluiten ................43 Externe-monitorpoort gebruiken ................ 43 DisplayPort gebruiken ..................44 Optische-schijfeenheden (alleen bepaalde modellen) ............... 45 Type optische-schijfeenheid bepalen ................45 Cd of dvd afspelen ......................45 Regio-instelling voor dvd's wijzigen ................... 46 Cd of dvd maken ('branden') ....................46 Optische schijf verwijderen (cd of dvd) ................
Pagina 8
Schijfdefragmentatie gebruiken ..................66 Schijfopruiming gebruiken ....................67 HP 3D DriveGuard gebruiken ......................67 Status van HP 3D DriveGuard herkennen ................. 67 HP 3D DriveGuard-software gebruiken ................68 RAID gebruiken (alleen bepaalde modellen) ..................68 Vaste schijf vervangen ........................69 1,8-inch vaste schijf vervangen ..................
Pagina 9
Systeeminformatie in Computer Setup (Computerinstellingen) weergeven ....116 Systeem-id's van Computer Setup (Computerinstellingen) gebruiken ......116 Antivirussoftware gebruiken ......................117 Firewallsoftware gebruiken ....................... 117 Essentiële beveiligingsupdates installeren ..................118 HP ProtectTools Security Manager gebruiken (alleen bepaalde modellen) ........118 Beveiligingskabel aanbrengen ......................118...
Pagina 10
Client Management Solutions gebruiken ..................130 Softwarekopie configureren en implementeren ............... 130 Software beheren en bijwerken ..................131 HP Client Manager for Altiris (alleen bepaalde modellen) ......131 HP CCM (Client Configuration Manager) (alleen bepaalde modellen) ... 133 HP SSM (System Software Manager) ............. 134 Intel Active Management Technology gebruiken (alleen bepaalde modellen) .........
Pagina 11
F11 gebruiken ........................146 Dvd met het Windows 7-besturingssysteem gebruiken (apart verkrijgbaar) ....147 Index ................................. 148...
Voorzieningen Hardware herkennen De componenten in de computer kunnen per regio en model verschillen. De illustraties in dit hoofdstuk geven de standaardvoorzieningen op de meeste computermodellen aan. Ga als volgt te werk om een lijst van in de computer geïnstalleerde hardware weer te geven: Selecteer Start >...
Pagina 14
Onderdeel Beschrijving EasyPoint-muisbesturing* Hiermee kunt u de aanwijzer (cursor) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee kunt u het touchpad aan- en uitzetten. Rechterknop EasyPoint-muisbesturing* Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een externe muis.
● Lampje voor draadloze communicatie Blauw: een geïntegreerd apparaat voor draadloze communicatie, zoals een WLAN-apparaat (draadloosnetwerkadapter), de HP-module voor mobiel breedband (alleen bepaalde modellen) en/of een Bluetooth®- apparaat, is ingeschakeld. ● Oranje: alle apparatuur voor draadloze communicatie is uitgeschakeld.
Onderdeel Beschrijving Lampje Geluid uit ● Wit: de luidspreker is ingeschakeld. ● Oranje: de luidspreker is uitgeschakeld. Lampje Geluid zachter Knipperend: de knop Geluid zachter wordt gebruikt om het geluidsvolume te verlagen. (10) Lampje Geluid harder Knipperend: de knop Geluid harder wordt gebruikt om het geluidsvolume te verhogen.
Pagina 17
Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op deze knop om HP QuickLook te openen. ● Als de computer is ingeschakeld, drukt u op deze knop om HP Software Setup (Software installeren) te openen. OPMERKING: Als HP Software Setup (Software installeren) niet beschikbaar is, wordt de standaardwebbrowser geopend.
Toetsen Onderdeel Beschrijving esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven. fn-toets Druk op deze toets in combinatie met een functietoets of de esc- toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren. Windows-logotoets Hiermee geeft u het menu Start van Windows weer. Windows-toepassingstoets Hiermee opent u een snelmenu voor items waarbij de aanwijzer staat.
● Schijfeenheidlampje Wit: er wordt geschreven naar of gelezen van de vaste schijf of een optische-schijfeenheid. ● Oranje: HP 3D DriveGuard heeft tijdelijk de interne vaste schijf geparkeerd. Luidsprekers (2) Hiermee wordt het geluid van de computer weergegeven. Beeldschermontgrendeling Hiermee opent u de computer.
Onderdelen aan de rechterkant Onderdeel Beschrijving ExpressCard-slot Hierin kunt u optionele ExpressCards plaatsen. Dockingconnector Hierop kunt u een optioneel dockingapparaat aansluiten. Bevestigingspunt voor beveiligingskabel Hiermee bevestigt u een als optie verkrijgbare beveiligingskabel aan de computer. OPMERKING: Van de beveiligingskabel moet op de eerste plaats een ontmoedigende werking uitgaan.
Onderdelen aan de linkerkant OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer. Onderdeel Beschrijving Netvoedingsconnector Hierop kunt u een netvoedingsadapter aansluiten. RJ-11-connector (modem) Hierop kunt u een modemkabel aansluiten (alleen bepaalde modellen). USB-poort met eigen voeding Deze poort voorziet een USB-apparaat, zoals een optionele externe MultiBay, van voeding bij gebruik van een speciale USB- kabel die geschikt is om voeding door te geven van de USB-poort naar het apparaat.
Onderdelen aan de onderkant Onderdeel Beschrijving Accu-ontgrendelingen (2) Hiermee ontgrendelt u de accu uit de accuruimte. Accuruimte Hierin bevindt zich de accu. Ventilatieopeningen (7) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen. OPMERKING: De ventilator van de computer wordt automatisch gestart voor luchtkoeling van de interne onderdelen van de computer en om oververhitting te voorkomen.
Onderdeel Beschrijving Compartiment voor draadloze communicatie Hierin bevindt zich een HP-draadloosbreedbandmodule (alleen bepaalde modellen) en een WLAN-module (alleen bepaalde modellen). VOORZICHTIG: Vervang de module alleen door een module die is goedgekeurd voor gebruik in de computer door de overheidsinstantie die verantwoordelijk is voor de regelgeving met betrekking tot apparatuur voor draadloze communicatie in uw land/ regio.
Pagina 24
Onderdeel Beschrijving WWAN-antennes (2)* Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze WAN's (WWAN's, wireless wide area networks) (alleen bepaalde modellen). WLAN-antennes (2)* Via deze antennes worden draadloze signalen verzonden en ontvangen om te communiceren met draadloze LAN's (WLAN's, wireless local area networks) (alleen bepaalde modellen).
Overige hardwareonderdelen Onderdeel Beschrijving Netsnoer* Hiermee kunt u een netvoedingsadapter aansluiten op een stopcontact. Netvoedingsadapter Hiermee wordt netvoeding omgezet in gelijkstroom. Accu* Hiermee kunt u de computer op accuvoeding laten werken als de computer niet is aangesloten op een externe voedingsbron. Modemkabel (alleen bepaalde modellen)* Hiermee kunt u het interne modem aansluiten op een RJ-11- telefoonaansluiting of op een land-/regiospecifieke...
Pagina 26
SIM-label (alleen bepaalde modellen): bevat de ICCID (Integrated Circuit Card Identifier) van uw SIM-kaart. Dit label bevindt zich in de accuruimte. ● Label met serienummer van HP-module voor mobiel breedband (alleen bepaalde modellen): bevat het serienummer van de HP-module voor mobiel breedband. Dit label bevindt zich in de accuruimte. Hoofdstuk 1 Voorzieningen...
HP Connection Hiermee wordt HP Connection Manager geopend, waarmee u Manager verbinding kunt maken met een HP-apparaat voor mobiel breedband (alleen bepaalde modellen). Bekabeld netwerk Hiermee wordt aangegeven dat een of meer van uw (aangesloten) netwerkstuurprogramma's zijn geïnstalleerd en dat een of meer...
Knop voor draadloze communicatie ● Wireless Assistant-software (alleen bepaalde modellen) ● HP Connection Manager-software (alleen bepaalde modellen) ● Voorzieningen van het besturingssysteem Knop voor draadloze communicatie gebruiken De computer heeft een knop voor draadloze communicatie, een of meer apparaten voor draadloze communicatie en 2 lampjes voor draadloze communicatie.
Klik op de knop Help. HP Connection Manager gebruiken (alleen bepaalde modellen) U kunt HP Connection Manager gebruiken om verbinding te maken met WWAN's via de HP-module voor mobiel breedband in de computer (alleen bepaalde modellen). Om Connection Manager te starten, klikt u op het pictogram Connection Manager in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk.
WLAN gebruiken Met een WLAN-apparaat hebt u toegang tot een draadloos LAN, dat bestaat uit andere computers en accessoires die met behulp van een draadloze router of een draadloos toegangspunt met elkaar zijn verbonden. OPMERKING: De begrippen draadloze router en draadloos toegangspunt worden vaak door elkaar gebruikt.
Pagina 31
maken. Als u bezorgd bent om de beveiliging van uw computer in een hotspot, beperkt u uw netwerkactiviteiten tot minder belangrijke e-mail en eenvoudig surfen over internet. Schakel bij het instellen van een WLAN of het gebruiken van een bestaand WLAN altijd beveiligingsvoorzieningen in om uw netwerk te beschermen tegen ongeoorloofde toegang.
WLAN. HP mobiel breedband gebruiken (alleen bepaalde modellen) Met HP mobiel breedband kan de computer via een WWAN (Wireless Wide Area Network) verbinding maken met internet vanaf meer locaties en over grotere gebieden dan bij gebruik van een WLAN. Voor...
EV-DO (Evolution Data Optimized) biedt toegang tot netwerken op basis van de telecommunicatiestandaard CDMA (Code Division Multiple Access). Mogelijk hebt u het serienummer van de HP-module voor mobiel breedband nodig om de mobiele breedbanddiensten te activeren. Het serienummer staat op een label aan de binnenkant van de accuruimte van de computer.
Plaats de accu terug. OPMERKING: HP mobiel breedband zal worden uitgeschakeld als de accu niet wordt teruggeplaatst. Keer de computer weer om en sluit de externe voeding en de externe apparaten weer aan. Schakel de computer in.
Bluetooth-apparaten raadpleegt u de Help bij de Bluetooth-software. Bluetooth en ICS (Internet Connection Sharing) HP raadt af om één computer met Bluetooth in te stellen als een host en deze vervolgens te gebruiken als een gateway waarlangs andere computers verbinding met internet kunnen maken. Wanneer twee...
meer computers niet consistent met elkaar kunnen worden verbonden om internet te gebruiken via Bluetooth, is een beperking van Bluetooth en het Windows-besturingssysteem. Problemen met draadloze verbinding oplossen Enkele mogelijke oorzaken van problemen met draadloze verbindingen, zijn de volgende: ● Netwerkconfiguratie (SSID of beveiliging) is gewijzigd.
Ga als volgt te werk om de nieuwste versie van de software van het WLAN-apparaat voor uw computer op te halen: Open uw webbrowser en ga naar http://www.hp.com/support. Selecteer uw land/regio. Klik op de optie voor het downloaden van software en stuurprogramma's en typ het modelnummer van uw computer in het zoekvak.
Als u nieuwe sleutels en een nieuwe SSID heeft ontvangen voor een netwerk en u eerder was verbonden met dat netwerk, gaat u als volgt te werk om verbinding te maken met het netwerk: Selecteer Start > Configuratiescherm > Netwerk en internet > Netwerkcentrum. Klik op Draadloze netwerken beheren in het linkerdeelvenster.
Ga als volgt te werk om de netwerkkabel aan te sluiten: Sluit de netwerkkabel aan op de netwerkconnector van de computer (1). Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op een netwerkaansluiting in de wand (2). WAARSCHUWING! Sluit geen modem- of telefoonkabel aan op een RJ-45-netwerkconnector, om het risico van een elektrische schok, brand of schade aan de apparatuur te beperken.
Modemkabel aansluiten (alleen bepaalde modellen) WAARSCHUWING! Sluit geen modem- of telefoonkabel aan op een RJ-45-netwerkconnector, om het risico van een elektrische schok, brand of schade aan de apparatuur te beperken. Ga als volgt te werk om een modemkabel aan te sluiten: Steek de modemkabel in de modemconnector (1) van de computer.
Steek de modemkabeladapter (3) in de telefoonaansluiting in de muur. Locatie-instelling selecteren Huidige locatieselectie weergeven Ga als volgt te werk om de huidige locatie-instelling voor de modem weer te geven: Selecteer Start > Configuratiescherm. Klik op Klok, taal en regio. Klik op Landinstellingen.
Pagina 42
Ga als volgt te werk om een locatie-instelling voor het modem toe te voegen: Selecteer Start > Apparaten en printers. Klik vervolgens met de rechtermuisknop op het apparaat dat uw computer weergeeft en klik op Modeminstellingen. OPMERKING: U moet een initieel (actueel) locatie-netnummer instellen voordat u het tabblad Kiesregels kunt zien.
Problemen met reisverbinding oplossen Als u problemen ondervindt met de modemverbinding bij gebruik van de computer buiten het land of de regio waarin u de computer hebt aangeschaft, probeert u de volgende suggesties. ● Controleer het type telefoonlijn. Het modem vereist een analoge en geen digitale telefoonlijn. Een lijn die omschreven wordt als een PBX-lijn is gewoonlijk een digitale lijn.
Pagina 44
7. Schakel het selectievakje uit voor Op kiestoon wachten voordat het nummer wordt gekozen. 8. Klik twee keer op OK. Hoofdstuk 2 Netwerk (alleen bepaalde modellen)
Aanwijsapparaten en toetsenbord Aanwijsapparaten gebruiken Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen Via de eigenschappen voor de muis in Windows® kunt u de instellingen voor aanwijsapparaten aanpassen aan uw wensen. U kunt bijvoorbeeld de knopconfiguratie, kliksnelheid en opties voor de aanwijzer instellen. Als u de eigenschappen van de muis wilt weergeven, selecteert u Start > Apparaten en printers. Klik vervolgens met de rechtermuisknop op het apparaat dat uw computer weergeeft en selecteer Muisinstellingen.
Toetsenbord gebruiken Toetsenbordlampje gebruiken Het toetsenbordlampje verlicht het toetsenbord van de computer als er weinig licht is. Om het toetsenbordlampje te openen en aan te doen, drukt u op de knop van het toetsenbordlampje. Druk nogmaals op de knop om het toetsenbordlampje in te schakelen. Sneltoetsen gebruiken Sneltoetsen zijn combinaties van de fn-toets (1) met de esc-toets (2) of met een van de functietoetsen (3).
Hiermee verhoogt u de helderheid van het scherm. fn+f11 Activeert en deactiveert de omgevingslichtsensor. HP QuickLook 3 gebruiken Met QuickLook 3 kunt u agenda-items, contactgegevens, gegevens uit Postvak IN en taakgegevens uit Microsoft Outlook opslaan op de vaste schijf van de computer. Wanneer de computer is uitgeschakeld,...
kunt u op de QuickLook-knop van de computer drukken om deze informatie te bekijken zonder te hoeven wachten tot het besturingssysteem is opgestart. Met QuickLook 3 kunt u contactgegevens, agendagegevens, e-mailgegevens en taken beheren zonder de computer te hoeven opstarten. OPMERKING: QuickLook 3 ondersteunt de slaapstand of de hibernationstand in Windows niet.
Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken U kunt de vijftien toetsen van het geïntegreerde numerieke toetsenblok op dezelfde manier gebruiken als de toetsen van een extern toetsenblok. Wanneer het geïntegreerde numerieke toetsenblok is ingeschakeld, voert u met elke toets van dit toetsenblok de functie uit die wordt aangegeven door het pictogram in de rechterbovenhoek van de toets.
Pagina 50
Reinig het toetsenbord regelmatig om te voorkomen dat toetsen blijven steken en om stof, pluisjes en kruimels te verwijderen die onder de toetsen terechtkomen. U kunt een spuitbus met perslucht en een rietje gebruiken om lucht rondom en onder de toetsen te blazen en vuil te verwijderen. Hoofdstuk 3 Aanwijsapparaten en toetsenbord...
Multimedia Multimediavoorzieningen De computer bevat multimediavoorzieningen waarmee u muziek kunt beluisteren, naar films kunt kijken en afbeeldingen en foto's kunt bekijken. De computer beschikt mogelijk over de volgende multimediacomponenten: ● Optische-schijfeenheid voor het afspelen van audio- en videoschijven ● Geïntegreerde luidsprekers om muziek te beluisteren; ●...
Onderdeel Beschrijving Webcam Hiermee kunt u audio en videobeelden vastleggen en foto's maken. Interne microfoons (2) Hiermee neemt u geluid op. OPMERKING: De interne microfoons gebruiken een technologie met twee arrays, die zorgt voor een betere opname van spraak en omgevingsgeluiden onderdrukt.
Audio Uw computer biedt de mogelijkheid uiteenlopende audiovoorzieningen te gebruiken: ● Muziek afspelen via de computerluidsprekers en/of aangesloten externe luidsprekers ● Geluid opnemen met de interne microfoons of een optionele externe microfoon ● Muziek downloaden van internet ● Multimediapresentaties maken met beeld en geluid ●...
– of – Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Luidsprekers in het systeemvak en klik op Volumemixer openen. In de kolom Luidsprekers zet u het geluid harder of zachter door de schuifregelaar omhoog of omlaag te bewegen. U kunt het geluid ook uitschakelen door op het pictogram Het luidsprekervolume dempen te klikken.
Audiofuncties controleren U controleert het systeemgeluid van de computer als volgt: Selecteer Start > Configuratiescherm. Klik op Hardware en geluiden. Klik op Geluid. Wanneer het venster Geluid verschijnt, klikt u op het tabblad Geluiden. Selecteer onder Programmagebeurtenissen het gewenste geluid, zoals een pieptoon of een alarmsignaal, en klik op de knop Test.
Sluit de kabel van het apparaat aan op de externe-monitorpoort om een VGA-weergaveapparaat ▲ aan te sluiten. OPMERKING: Als een extern weergaveapparaat op de juiste wijze is aangesloten maar geen beeld geeft, drukt u op fn+f4 om het beeld naar het apparaat te schakelen. Druk herhaaldelijk op fn+f4 om te schakelen tussen weergave op het computerbeeldscherm en het externe weergaveapparaat.
Optische-schijfeenheden (alleen bepaalde modellen) Type optische-schijfeenheid bepalen Selecteer Start > Computer. ▲ U ziet een lijst met alle apparaten die zijn geïnstalleerd op de computer, waaronder de optische- schijfeenheid. Cd of dvd afspelen Schakel de computer in. Druk op de ejectknop (1) op het voorpaneel van de optische-schijfeenheid om de lade te openen. Trek de lade uit (2).
Regio-instelling voor dvd's wijzigen De meeste dvd's met auteursrechtelijk beschermde bestanden bevatten ook regiocodes. Regiocodes zijn een hulpmiddel voor de internationale bescherming van auteursrechten. U kunt een dvd met regiocode alleen afspelen als de regiocode op de dvd overeenkomt met de regio- instelling van uw dvd-station.
● Dvd-spelers in beeld- en geluidsystemen voor thuisgebruik ondersteunen gewoonlijk niet alle dvd- indelingen. Raadpleeg de handleiding bij de dvd-speler voor een overzicht van ondersteunde indelingen. ● Een MP3-bestand neemt minder ruimte in beslag dan andere indelingen voor muziekbestanden, en het proces voor het maken van een MP3-schijf is hetzelfde als het proces voor het maken van een gegevensbestand.
● Foto’s maken. ● De HP Business Card Reader gebruiken om visitekaartjes om te zetten in een bruikbare database met contactgegevens. Bij het gebruik van de webcam krijgt u de beste resultaten als u zich aan de volgende richtlijnen houdt: ●...
Macro: de focusinstelling voor close-up, voor het maken van foto's en het opnemen van video op zeer korte afstand. Visitekaartjes vastleggen U kunt de webcam in combinatie met het programma HP Business Card Reader gebruiken om foto’s te maken van visitekaartjes en de tekst te exporteren naar verschillende typen adresboeksoftware, zoals Contactpersonen van Microsoft® Outlook.
Pagina 62
Wanneer u klaar bent met het vastleggen van de informatie van de visitekaartjes, haalt u het kaartje uit het slot en doet u het beeldscherm weer helemaal open. Controleer de informatie die HP Business Card Reader heeft vastgelegd, om zeker te stellen dat het volledig is.
Wanneer de computer in de slaapstand of de hibernationstand staat, is het niet mogelijk om netwerkverbindingen te maken of de computer te gebruiken. OPMERKING: Als HP 3D DriveGuard een schijf heeft geparkeerd, zal de computer de slaapstand of de hibernationstand niet activeren en wordt het beeldscherm uitgeschakeld. Slaapstand activeren of beëindigen...
Hibernationstand activeren of beëindigen Standaard is het systeem zo ingesteld dat de hibernationstand wordt geactiveerd als de computer 1080 minuten (18 uur) inactief is geweest en op accuvoeding of netvoeding werkt, of wanneer de acculading een kritiek laag niveau bereikt. U kunt de instellingen voor energiebeheer en de wachttijden wijzigen in het onderdeel Energiebeheer van het Configuratiescherm van Windows.
Externe netvoeding gebruiken Externe netvoeding wordt geleverd door een van de volgende apparaten: WAARSCHUWING! Gebruik om veiligheidsredenen alleen de bij de computer geleverde netvoedingsadapter, een door HP geleverde vervangende adapter of een door HP geleverde compatibele adapter. ● Goedgekeurde netvoedingsadapter ●...
Sluit de computer aan op een externe netvoedingsbron in de volgende situaties: WAARSCHUWING! Laad de accu van de computer niet op aan boord van een vliegtuig. ● Wanneer u een accu oplaadt of kalibreert ● Wanneer u systeemsoftware installeert of aanpast ●...
Gebruik om veiligheidsredenen alleen de bij de computer geleverde accu, een door HP geleverde vervangende accu of een compatibele accu die als accessoire is aangeschaft bij De werktijd van de accu van een computer kan verschillen, afhankelijk van de instellingen voor energiebeheer, geopende programma’s, de helderheid van het beeldscherm, externe apparatuur die...
Schuif de accu in de accuruimte (1) totdat de accu goed op zijn plaats zit. De accuvergrendelingen (2) vergrendelen de accu automatisch. U verwijdert de accu als volgt: Leg de computer ondersteboven op een vlak oppervlak neer, met de accuruimte naar u toe. Verschuif de linkeraccuvergrendeling (1) totdat deze vastklikt.
De accu wordt opgeladen wanneer de computer is aangesloten op een externe voedingsbron via een netvoedingsadapter, een optionele voedingsadapter of een optioneel dockingapparaat. De accu wordt opgeladen ongeacht of de computer in gebruik is of uit staat, maar het opladen verloopt sneller wanneer de computer is uitgeschakeld.
Pagina 70
Wanneer de acculading een kritiek laag niveau bereikt, gebeurt het volgende: ● Als de hibernationvoorziening is ingeschakeld en de computer aanstaat of in de slaapstand staat, wordt de hibernationstand geactiveerd. ● Als de hibernationvoorziening is uitgeschakeld en de computer aanstaat of in de slaapstand staat, blijft de computer nog even in de slaapstand staan.
Lage acculading verhelpen VOORZICHTIG: Wacht met het herstellen van de voeding totdat de aan/uit-lampjes uit zijn. Zo beperkt u het risico van gegevensverlies wanneer de hibernationstand is geactiveerd doordat het ladingsniveau van de accu in de computer kritiek laag is geworden. Lage acculading verhelpen wanneer een externe voedingsbron beschikbaar is Sluit een van de volgende apparaten aan: ▲...
Ga als volgt te werk om de accu volledig op te laden: Plaats de accu in de computer. Sluit de computer aan op een netvoedingsadapter, optionele voedingsadapter of optioneel dockingapparaat en sluit de adapter of het apparaat aan op een externe netvoedingsbron. Het acculampje van de computer gaat branden.
Pagina 73
Ga als volgt te werk om accu te ontladen: Koppel de computer los van de externe voedingsbron, maar schakel de computer niet uit. Laat de computer op accuvoeding werken totdat de accu volledig is ontladen. Het acculampje gaat knipperen wanneer de accu bijna ontladen is. Wanneer de accu volledig is ontladen, gaat het acculampje uit en wordt de computer afgesloten.
Stap 4: Laad de accu volledig op Ga als volgt te werk om de accu opnieuw op te laden: Zorg dat de computer op een externe voedingsbron aangesloten blijft totdat de accu volledig is opgeladen. Wanneer de accu volledig is opgeladen, gaat het acculampje op de computer uit. U kunt de computer gewoon gebruiken terwijl de accu wordt opgeladen, maar het opladen gaat sneller wanneer de computer is uitgeschakeld.
● Gebruik de sneltoetsen fn+f9 fn+f10 om de helderheid van het scherm aan te passen aan de omstandigheden. ● Activeer de slaapstand of de hibernationstand of sluit de computer af zodra u stopt met werken. Accu opbergen VOORZICHTIG: Stel een accu niet gedurende langere tijd bloot aan hoge temperaturen, om beschadiging van de accu te voorkomen.
Computer afsluiten VOORZICHTIG: Wanneer u de computer uitschakelt, gaat alle informatie verloren die u niet hebt opgeslagen. Met de opdracht Afsluiten worden alle geopende programma's gesloten, inclusief het besturingssysteem, en vervolgens het beeldscherm en de computer uitgeschakeld. Sluit de computer af in de volgende gevallen: ●...
Schijfeenheden Geïnstalleerde schijfeenheden herkennen Selecteer Start > Computer om de schijfeenheden weer te geven die in de computer zijn geïnstalleerd. OPMERKING: Windows bevat de functie Gebruikersaccountbeheer om de beveiliging van de computer te verbeteren. Mogelijk wordt om uw toestemming of wachtwoord gevraagd bij taken als het installeren van applicaties, het uitvoeren van hulpprogramma's of het wijzigen van Windows- instellingen.
U kunt instellen dat de schijfdefragmentatie ’s nachts wordt uitgevoerd, of op een ander tijdstip waarop u de computer niet hoeft te gebruiken. HP adviseert u om de vaste schijf minstens één keer per maand te defragmenteren. U kunt instellen dat Schijfdefragmentatie maandelijks wordt uitgevoerd, maar u kunt ook op elk gewenst moment Schijfdefragmentatie handmatig starten.
U laat de computer vallen. ● U verplaatst de computer met gesloten beeldscherm, terwijl de computer op accuvoeding werkt. Kort na elk van deze gebeurtenissen wordt de vaste-schijfeenheid door HP 3D DriveGuard weer vrijgegeven voor normale werking. OPMERKING: Vaste-schijfeenheden die zijn geïnstalleerd in een optioneel dockingapparaat of die zijn aangesloten op een USB-poort worden niet beschermd door HP 3D DriveGuard.
Als de computer op accuvoeding werkt en de acculading een kritiek laag niveau bereikt, staat HP 3D DriveGuard toe dat de hibernationstand wordt geactiveerd. HP adviseert om de computer af te sluiten of om de slaapstand of hibernationstand te activeren voordat u de computer verplaatst.
Voor aanvullende informatie over RAID raadpleegt u de gebruikershandleiding bij RAID in Help en ondersteuning. Vaste schijf vervangen De computer heeft één of twee vaste schijven – een 1,8-inch vaste schijf en/of een 2,5-inch vaste schijf. Welke procedures voor vervanging u moet gebruiken, hangt af van het type vaste schijf dat is geïnstalleerd in de computer.
Pagina 82
Til de rechterkant van het afdekplaatje van de vaste schijf (2) op en schuif het van de computer weg (3). Til de rechterkant van de vaste schijf (1) op en verwijder deze uit de vaste-schijfruimte (2). Hoofdstuk 6 Schijfeenheden...
Pagina 83
Verwijder de rubberen bescherming uit de vaste schijf. Haal de vaste-schijfconnector uit de vaste schijf. Vaste schijf vervangen...
Pagina 84
Ga als volgt te werk om een 1,8-inch vaste schijf te installeren: Plaats de vaste-schijfconnector terug. Plaats de rubberen bescherming terug. OPMERKING: Let er bij het terugplaatsen van de rubberen bescherming op dat u deze met de steunen naar beneden plaatst. Plaats de vaste schijf in de vaste-schijfruimte (1).
Pagina 85
Druk de vaste-schijfconnector omlaag (2). Plaats het afdekplaatje van de vaste schijf (1) in een hoek, en draai het naar beneden (2). Plaats de 2 schroeven van het afdekplaatje van de vaste schijf (3) terug. Steek de lipjes (1) op het afdekplaatje van de vaste schijf in de uitsparingen op de computer. Laat het afdekplaatje zakken (2) en druk op het afdekplaatje tot het op zijn plaats vastklikt.
Draai de drie schroeven van het afdekplaatje van de vaste schijf vast (3). Plaats de accu terug. Keer de computer weer om en sluit de externe voeding en de externe apparaten weer aan. Schakel de computer in. 2,5-inch vaste schijf vervangen Ga als volgt te werk om een 2,5-inch vaste schijf te vervangen: Sla uw werk op.
Pagina 87
Til de rand van het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment (2) met uw vinger of een schroevendraaier op om het open te maken, en verwijder het afdekplaatje van de computer (3). Verwijder de 6 schroeven van de vaste-schijfdrager. Vaste schijf vervangen...
Pagina 88
Schuif de vaste-schijfdrager voorzichtig uit de vaste-schijfruimte. Ga als volgt te werk om de vaste schijf van de vaste-schijfdrager te halen: Koppel de ZIFF-connector (1) en de lintkabel (2) los. Verwijder de 2 schroeven boven op de vaste-schijfdrager (1). Hoofdstuk 6 Schijfeenheden...
Pagina 89
Verwijder de 2 schroeven aan beide kanten van de vaste-schijfdrager (2). Til de achterkant van de vaste schijf (1) op en schuif deze van de vaste-schijfdrager (2) af. OPMERKING: Hiermee koppelt u de vaste schijf ook los van de USB-kaart. Vaste schijf vervangen...
Pagina 90
Ga als volgt te werk om een 2,5-inch vaste schijf te installeren: Ga als volgt te werk om de vaste schijf in de vaste-schijfdrager te plaatsen: Plaats de vaste schijf (1) in een hoek in de vaste-schijfdrager om de USB-kaart opnieuw aan te sluiten, en duw erop om de vaste schijf vast te zetten (2).
Pagina 91
Sluit de ZIFF-connector (1) en de lintkabel (2) weer aan. Plaats de vaste-schijfdrager in de vaste-schijfruimte en druk de vaste schijf aan totdat deze stevig vastzit. Vaste schijf vervangen...
Pagina 92
Plaats de 6 schroeven van de vaste-schijfdrager weer terug. Plaats het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment met de lipjes (1) in de uitsparingen in de computer. Laat het afdekplaatje zakken (2) en druk op het afdekplaatje tot het op zijn plaats vastklikt. Draai de drie schroeven van het afdekplaatje van het compartiment voor de geheugenmodule vast (3).
Externe apparaten USB-apparaat gebruiken USB (Universal Serial Bus) is een hardwarematige interface die kan worden gebruikt om een optioneel extern apparaat aan te sluiten, zoals een USB-toetsenbord, -muis, -drive, -printer, -scanner of -hub. Voor bepaalde USB-apparatuur is extra ondersteunende software nodig. Deze wordt meestal met het apparaat meegeleverd.
USB-apparaat verwijderen VOORZICHTIG: Gebruik de volgende procedure voor het veilig verwijderen van het USB-apparaat, om te voorkomen dat informatie verloren gaan of het systeem vastloopt. VOORZICHTIG: Trek niet aan de kabel om een USB-apparaat los te koppelen, om beschadiging van de USB-connector te voorkomen.
1394-apparaat gebruiken IEEE 1394 is een hardwarematige interface waarmee een multimedia-apparaat of gegevensopslagapparaat met hoge snelheid wordt aangesloten op de computer. Voor scanners, digitale camera's en digitale camcorders is vaak een 1394-aansluiting vereist. Voor bepaalde 1394-apparatuur is extra ondersteunende software nodig. Deze wordt meestal bij het apparaat geleverd.
U kunt een USB-schijfeenheid toevoegen door de schijfeenheid aan te sluiten op een USB-poort op de computer. OPMERKING: Er moet een externe optische USB-schijf van HP worden aangesloten op de USB-poort met eigen voeding aan de linkerzijde van de computer. Verwisselbare USB-stations zijn er van de volgende typen: ●...
Optionele externe apparaten gebruiken OPMERKING: Raadpleeg de instructies van de fabrikant voor informatie over benodigde software, stuurprogramma's en de te gebruiken poort op de computer. Ga als volgt te werk om een extern apparaat op de computer aan te sluiten: VOORZICHTIG: Als u een apparaat met eigen netvoedingsaansluiting aansluit, kunt u het risico van schade aan de apparatuur beperken door ervoor te zorgen dat het apparaat is uitgeschakeld en de...
Druk de schijf voorzichtig op de as van de lade totdat de schijf vastklikt (3). Sluit de lade. Optische schijf verwijderen (cd of dvd) Er zijn twee manieren om een schijf te verwijderen, afhankelijk van of de lade normaal opengaat of niet. Als de lade opengaat Druk op de ejectknop (1) op de schijfeenheid om de lade te ontgrendelen en trek de lade voorzichtig zo ver mogelijk uit (2).
Als de lade niet opengaat Steek het uiteinde van een paperclip (1) in de ontgrendelingsopening in het voorpaneel van de schijfeenheid. Druk voorzichtig op de paperclip om de lade te ontgrendelen en trek de lade vervolgens zo ver mogelijk uit (2). Verwijder de schijf (3) uit de lade door voorzichtig op de as te drukken terwijl u de schijf aan de randen optilt.
Externe mediakaarten SD-kaarten gebruiken Met optionele digitale kaarten kunt u gegevens veilig opslaan en gemakkelijk uitwisselen. Deze kaarten worden vaak gebruikt om gegevens uit te wisselen tussen computers of tussen een computer en apparatuur met digitale media, zoals camera's en PDA's. De SD Card-lezer ondersteunt de volgende indelingen: ●...
Ga als volgt te werk om een digitale kaart te verwijderen: Sla uw gegevens op en sluit alle toepassingen af die gebruikmaken van de digitale kaart. OPMERKING: Als u een gegevensoverdracht wilt stoppen, klikt u op Annuleren in het kopieervenster van het besturingssysteem. Ga als volgt te werk om de digitale kaart te stoppen: Klik op het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk.
Pagina 102
VOORZICHTIG: Neem de volgende richtlijnen in acht om het risico van beschadiging van de connectoren te beperken: Oefen zo min mogelijk kracht uit bij het plaatsen van een ExpressCard. Verplaats of vervoer de computer niet wanneer er een ExpressCard in gebruik is. In het ExpressCard-slot kan een beschermplaatje zijn geplaatst.
ExpressCard verwijderen VOORZICHTIG: Gebruik de volgende procedure voor het veilig verwijderen van de ExpressCard, om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt. Ga als volgt te werk om een ExpressCard te verwijderen: Sla uw gegevens op en sluit alle toepassingen die gebruikmaken van de ExpressCard. OPMERKING: Als u een gegevensoverdracht wilt stoppen, klikt u op Annuleren in het kopieervenster van het besturingssysteem.
Smart Card plaatsen Ga als volgt te werk om een Smart Card te plaatsen: Houd de het kaartlabel naar boven en schuif de kaart voorzichtig in de Smart Card-lezer tot de kaart goed op zijn plaats zit. Volg de instructies op het scherm om u aan te melden op de computer met behulp van de pincode van de Smart Card.
Geheugenmodules De computer heeft twee geheugenmodulecompartimenten. Het eerste geheugenmodulecompartiment bevindt zich onder het toetsenbord. Het compartiment voor de uitbreidingsgeheugenmodule bevindt zich aan de onderkant van de computer. De geheugencapaciteit van de computer kan worden uitgebreid door een geheugenmodule aan het lege slot voor de uitbreidingsgeheugenmodule toe te voegen of door de bestaande geheugenmodule in het primaire geheugenmoduleslot te upgraden.
Pagina 106
Til de rand van het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment (2) met uw vinger of een schroevendraaier op om het open te maken, en verwijder het afdekplaatje van de computer (3). OPMERKING: Als er niets in het slot voor de geheugenuitbreidingsmodule zit, slaat u stap 9 over en gaat u naar stap 10.
Pagina 107
Ga als volgt te werk om een geheugenmodule te plaatsen: VOORZICHTIG: Houd de geheugenmodule bij de randen vast, om te voorkomen dat de geheugenmodule wordt beschadigd. Raak de componenten op de geheugenmodule niet aan en buig de geheugenmodule niet. Breng de inkeping (1) in de geheugenmodule op één lijn met het nokje in het geheugenmoduleslot.
Draai de drie schroeven van het afdekplaatje van het compartiment voor de geheugenmodule vast (3). Plaats de accu terug. Keer de computer weer om en sluit de externe voeding en de externe apparaten weer aan. Schakel de computer in. Geheugenmodule in het slot voor de primaire geheugenmodule upgraden Ga als volgt te werk om een geheugenmodule in het slot voor de primaire geheugenmodule te upgraden:...
Pagina 109
Til de rand van het afdekplaatje van de vaste schijf (2) met uw vinger of een schroevendraaier op om het open te maken, en verwijder het afdekplaatje van de computer (3). Verwijder de 3 schroeven op het schakelaarafdekplaatje (1). Draai de 4 schroeven voor toegang tot het toetsenbord (2) los. Draai de computer weer om en open de computer.
Pagina 110
Til het schakelaarafdekplaatje voorzichtig van het toetsenbord weg. Til voorzichtig de bovenrand van het toetsenbord (1) op en trek het toetsenbord omhoog (2). OPMERKING: Als de linkerkant van het toetsenbord eerder loskomt dan de rechterkant, trekt u het toetsenbord voorzichtig naar links om de rechterkant los te maken. Til voorzichtig de grote kabelconnector (1) op en trek de kabel weg (2) om deze los te maken.
Pagina 111
Til voorzichtig de kleine kabelconnector (3) op en trek de kabel weg (4) om deze los te maken. Kantel het toetsenbord tot het op de polssteun van de computer ligt. Verwijder de schroef van het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment (1). Verwijder het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment (2).
Pagina 112
Pak de geheugenmodule aan de rand vast (2) en trek de module voorzichtig uit het geheugenmoduleslot. Bewaar de verwijderde geheugenmodule in een antistatische verpakking om de module te beschermen. Ga als volgt te werk om een geheugenmodule te plaatsen: VOORZICHTIG: Houd de geheugenmodule bij de randen vast, om te voorkomen dat de geheugenmodule wordt beschadigd.
Pagina 113
Druk de geheugenmodule (3) voorzichtig omlaag, waarbij u enige druk uitoefent op de linker- en rechterrand van de geheugenmodule, tot de borgklemmetjes op hun plaats vastklikken. Plaats het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment (1) terug. Plaats de schroef van het afdekplaatje van het geheugenmodulecompartiment terug (2). Plaats de grote kabel (1) weer in de kabelconnector en duw de kabelconnector vervolgens omlaag tot deze op zijn plaats vastklikt (2).
Pagina 114
Plaats de kleine kabel (3) weer in de kabelconnector en duw de kabelconnector vervolgens omlaag tot deze op zijn plaats vastklikt (4). Lijn de inkepingen van het toetsenbord uit met de nokjes in het toetsenbordslot (1) en kantel het toetsenbord weer in het toetsenbordslot (2). 102 Hoofdstuk 9 Geheugenmodules...
Pagina 115
Lijn het schakelaarafdekplaatje uit en druk vervolgens op de plaats van het schakelaarafdekplaatje tot het op zijn plaats vastklikt. OPMERKING: Als het afdekplaatje van de beeldschermschakelaar niet helemaal vlak is, verwijdert u het en herhaalt u deze stap. Sluit het beeldscherm. Leg de computer ondersteboven op een vlakke ondergrond.
Pagina 116
Draai de drie schroeven van het afdekplaatje van de vaste schijf vast (3). Plaats de accu terug. Keer de computer weer om en sluit de externe voeding en de externe apparaten weer aan. Schakel de computer in. 104 Hoofdstuk 9 Geheugenmodules...
CompuTrace deze opsporen wanneer de onbevoegde gebruiker internet op gaat. U kunt CompuTrace gebruiken door de software aan te schaffen en een abonnement op de service te nemen. Informatie over het bestellen van de CompuTrace-software vindt u op de website van HP op http://www.hpshopping.com.
Windows-wachtwoorden worden alleen in het Windows-besturingssysteem ingesteld. ● Als u het BIOS-beheerderswachtwoord bent vergeten dat in Computer Setup (Computerinstellingen) is ingesteld, kunt u het hulpprogramma activeren met HP SpareKey. ● Als u zowel het DriveLock-gebruikerswachtwoord als het DriveLock-hoofdwachtwoord bent vergeten, die in Computer Setup (Computerinstellingen) zijn ingesteld, is de vaste schijf die met deze wachtwoorden is beveiligd permanent vergrendeld en kan deze niet meer worden gebruikt.
BIOS-beheerderswachtwoorden Functie DriveLock-hoofdwachtwoord Beschermt de toegang tot de interne vaste schijf die door DriveLock wordt beveiligd. Het wordt ook gebruikt om DriveLock-beveiliging te verwijderen. Dit wachtwoord wordt tijdens het activeringsproces ingesteld onder DriveLock- wachtwoorden. DriveLock-gebruikerswachtwoord Beschermt de toegang tot de interne vaste schijf die door DriveLock wordt beveiligd, en wordt tijdens het activeringsproces ingesteld onder DriveLock-wachtwoorden.
BIOS-beheerderswachtwoord beheren Een BIOS-beheerderswachtwoord wordt ingesteld, gewijzigd en verwijderd in Computer Setup (Computerinstellingen). Ga als volgt te werk om dit wachtwoord Computer Setup (Computerinstellingen) in te stellen: Schakel de computer in of start deze opnieuw op en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu"...
Pagina 121
Lees de waarschuwing. Selecteer YES (JA) om verder te gaan. Wanneer u nogmaals om het nieuwe wachtwoord wordt gevraagd, laat u het veld leeg en drukt u op enter. Om uw wijzigingen op te slaan en Computer Setup (Computerinstellingen) af te sluiten, klikt u op Save (Opslaan) en volgt u de instructies op het scherm.
BIOS-beheerderswachtwoord invoeren Typ uw wachtwoord (met dezelfde toetsen als waarmee u het wachtwoord hebt ingesteld) achter de prompt BIOS administrator password (BIOS-beheerderswachtwoord) en druk op enter. Na 3 mislukte pogingen om het BIOS-beheerderswachtwoord in te voeren, moet u de computer opnieuw opstarten en het opnieuw proberen.
DriveLock-wachtwoord instellen Ga als volgt te werk om een DriveLock-wachtwoord in Computer Setup (Computerinstellingen) in te stellen: Schakel de computer in en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op Esc voor het startmenu) onder in het scherm verschijnt. Druk op om naar Computer Setup (Computerinstellingen) te gaan.
DriveLock-wachtwoord invoeren Zorg ervoor dat de vaste schijf in de computer is geplaatst (niet in een optioneel dockingapparaat of externe MultiBay). Typ uw gebruikers- of hoofdwachtwoord (met dezelfde toetsen als waarmee u het wachtwoord hebt ingesteld) achter de prompt DriveLock Password (DriveLock-wachtwoord) en druk op enter. Na 2 mislukte pogingen om het wachtwoord in te voeren, moet u de computer afsluiten en het opnieuw proberen.
DriveLock-wachtwoord wijzigen Ga als volgt te werk om een DriveLock-wachtwoord in Computer Setup (Computerinstellingen) te wijzigen: Schakel de computer in en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op Esc voor het startmenu) onder in het scherm verschijnt. Druk op om naar Computer Setup (Computerinstellingen) te gaan.
DriveLock-bescherming verwijderen Ga als volgt te werk om DriveLock-bescherming te verwijderen in Computer Setup (Computerinstellingen): Schakel de computer in en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op Esc voor het startmenu) onder in het scherm verschijnt. Druk op om naar Computer Setup (Computerinstellingen) te gaan.
Lees de waarschuwing. Selecteer YES (JA) om verder te gaan. Om uw wijzigingen op te slaan en Computer Setup (Computerinstellingen) af te sluiten, klikt u op Save (Opslaan) en volgt u de instructies op het scherm. – of – Selecteer met de pijltoetsen File (Bestand) > Save Changes and Exit (Wijzigingen opslaan en afsluiten) en druk daarna op enter.
Gebruik een aanwijsapparaat of de pijltoetsen om System Configuration (Systeemconfiguratie) > Boot Options (Opstartopties) of System Configuration (Systeemconfiguratie) > Device Configurations (Apparaatconfiguraties) of System Configuration (Systeemconfiguratie) > Built-in Device Options (Opties voor geïntegreerde apparaten) of System Configuration (Systeemconfiguratie) > Port Options (Poortopties) te selecteren.
McAfee > Managed Services > Total Protection. Als de software op voorhand is geladen, selecteert u Start > Alle programma’s > HP Software Setup en volgt u de instructies op het scherm om de software van McAfee Total Protection te laden.
HP ProtectTools Security Manager gebruiken (alleen bepaalde modellen) De HP ProtectTools Security Manager-software is alleen op bepaalde modellen vooraf geïnstalleerd. U krijgt toegang tot deze software via het Configuratiescherm van Windows. Deze software biedt beveiliging tegen onbevoegde toegang tot de computer, netwerken en kritieke data. Raadpleeg de Help bij de HP ProtectTools-software voor meer informatie.
Pagina 131
OPMERKING: Uw computer kan er iets anders uitzien dan in de afbeelding. De locatie van het beveiligingskabelslot is afhankelijk van het computermodel. Beveiligingskabel aanbrengen 119...
11 Software-updates Software-update uitvoeren Updates van de software die bij de computer is geleverd, zijn beschikbaar via het hulpprogramma HP Support Assistant (HP Ondersteuningsassistent) of op de website van HP. HP Support Assistant (HP Ondersteuningsassistent) zoekt automatisch naar software-updates van HP.
Ga als volgt te werk om een update van de software uit te voeren via de website van HP: Ga na wat het model, de productcategorie en de serie of het type van uw computer is. Bereid een update van het systeem-BIOS voor door na te gaan wat de versie is van het huidige BIOS dat op de computer is geïnstalleerd.
Ga als volgt te werk om een BIOS-update te downloaden: OPMERKING: BIOS-updates worden gepost wanneer dat nodig is. Het is mogelijk dat er geen nieuwere BIOS-update voor uw computer beschikbaar is. U wordt geadviseerd om de website van HP regelmatig op BIOS-updates te controleren. Open uw webbrowser, ga naar http://www.hp.com/support...
SoftPaqs. SoftPaq Download Manager is beschikbaar op de website van HP. Om SoftPaq Download Manager te kunnen gebruiken voor het downloaden van SoftPaqs, moet u eerst het programma downloaden en installeren. Ga naar de website van HP op http://www.hp.com/go/sdm, en volg de instructies voor het downloaden en...
Pagina 136
Selecteer Show software for all supported models (Software voor alle ondersteunde modellen weergeven). Als u HP SoftPaq Download Manager eerder hebt gebruikt, gaat u naar Stap 3. Selecteer uw besturingssysteem en taalfilters in het venster Configuration Options (Configuratieopties).
12 MultiBoot Opstartvolgorde van apparaten Zodra de computer wordt aangezet, probeert het systeem op te starten vanaf ingeschakelde opstartapparaten. Het hulpprogramma MultiBoot, dat standaard is ingeschakeld, bepaalt de volgorde waarin het systeem een opstartapparaat selecteert. Opstartapparaten kunnen optische-schijfeenheden, diskettestations, een netwerkinterfacekaart (NIC), vaste schijven en USB-apparaten zijn. Opstartapparaten bevatten opstartbare media of bestanden die de computer nodig heeft om op te starten en te functioneren.
Ga als volgt te werk om Computer Setup (Computerinstellingen) te starten en een USB- of NIC-apparaat als opstartapparaat in te schakelen: Schakel de computer in of start deze opnieuw op en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu" (Druk op Esc voor het startmenu) onder in het scherm verschijnt. Druk op om naar Computer Setup (Computerinstellingen) te gaan.
● Wanneer de opstartvolgorde verandert, veranderen ook de logische stationsaanduidingen. Als u bijvoorbeeld opstart vanaf een cd-romstation met een schijf die als station C is geformatteerd, wordt dat cd-romstation station C en wordt de vaste schijf in de vaste-schijfruimte station D. ●...
Selecteer met de pijltoetsen File (Bestand) > Save Changes and Exit (Wijzigingen opslaan en afsluiten) en druk daarna op enter. De wijzigingen worden geactiveerd wanneer de computer opnieuw wordt gestart. Op dynamische wijze een opstartapparaat kiezen met de f9-prompt Ga als volgt te werk als u op dynamische wijze een opstartapparaat voor de huidige opstartvolgorde wilt kiezen: Open het menu Select Boot Device (Opstartapparaat selecteren) door de computer aan te zetten of opnieuw op te starten en op...
MultiBoot Express-voorkeursinstellingen invoeren Wanneer het menu van Express Boot wordt weergegeven tijdens het opstarten, hebt u de volgende keuzemogelijkheden: ● Als u een opstartapparaat in het menu van Express Boot wilt opgeven, selecteert u uw voorkeur binnen de toegestane tijd en drukt u op enter. ●...
13 Beheer Client Management Solutions gebruiken Client Management Solutions-software biedt op standaarden gebaseerde oplossingen voor het beheer van (client-)pc's, werkstations, notebooks en tabletcomputers in een netwerkomgeving. De belangrijkste mogelijkheden en voorzieningen van Client Management zijn de volgende: ● Eerste implementatie van softwarekopie ●...
Aanvullende functionaliteit kan worden toegevoegd wanneer HP Client Manager for Altiris wordt gebruikt met optionele Altiris Solutions-software (afzonderlijk aangeschaft). Wanneer HP Client Manager for Altiris (geïnstalleerd op een clientcomputer) wordt gebruikt met Altiris Solutions-software (geïnstalleerd op een beheerderscomputer), biedt HP Client Manager for Altiris extra...
Pagina 144
Manager for Altiris maakt communicatie mogelijk met de Altiris Solutions-software, waarmee de implementatie van nieuwe hardware of de persoonsmigratie naar een nieuw besturingssysteem kan worden afgehandeld met behulp van eenvoudig te volgen wizards. HP Client Manager for Altiris kan worden gedownload via de website van HP.
HP CCM (Client Configuration Manager) (alleen bepaalde modellen) HP CCM (Client Configuration Manager) automatiseert het beheer van software zoals besturingssystemen, programma’s, software-updates en de content- en configuratie-instellingen om ervoor te zorgen dat de configuratie van alle computers gehandhaafd blijft. Met deze geautomatiseerde beheeroplossingen kunt u software beheren over de gehele levensduur van de computer.
HP SSM (System Software Manager) Met HP SSM (System Software Manager) kunt u op afstand en op meerdere systemen tegelijk systeemsoftware bijwerken. Wanneer SSM wordt uitgevoerd op een clientcomputer, worden de versies van hardware en software gedetecteerd en wordt geselecteerde software bijgewerkt vanuit een centrale locatie, die een filestore wordt genoemd.
Pagina 147
Intel ME-configuraties Selecteren Werking Controle van Intel ME-status Schakel het beheersysteem in/uit. Lokale update van Intel ME-firmware Schakel het lokale beheer van firmware-updates in/uit. LAN-controller Schakel de geïntegreerde netwerkcontroller in of uit. Controle van Intel ME-voorzieningen Schakel AMT of geen in. Controle van Intel ME-voeding Configureer het energiebeleid van het beheersysteem.
14 Computer Setup (Computerinstellingen) Computer Setup (Computerinstellingen) starten Computer Setup (Computerinstellingen) is een op voorhand geconfigureerd ROM-hulpprogramma dat zelfs kan worden gebruikt wanneer het besturingssysteem niet werkt of niet kan worden geladen. OPMERKING: Sommige menuopties in Computer Setup (Computerinstellingen) die in deze handleiding worden vermeld, worden mogelijk niet ondersteund door de computer.
Kies een van de volgende methoden om de menu's van Computer Setup (Computerinstellingen) te sluiten: ● Als u de menu's van Computer Setup (Computerinstellingen) wilt sluiten zonder wijzigingen op te slaan, klikt u op Exit (Afsluiten) en volgt u de instructies op het scherm. –...
File (Bestand), menu Selecteren Werking ● System Information (Systeeminformatie) Hiermee geeft u identificatiegegevens weer over het computermodel en de accu’s in het systeem. ● Hiermee kunt u informatie weergeven over de specificaties van de processor, de grootte van het geheugen, het systeem-ROM, de revisie van de videokaart, de versie van de toetsenbordcontroller en identificatienummers van voorzieningen voor draadloze communicatie.
Password policy (Wachtwoordbeleid, hiervoor is een BIOS- Hiermee herziet u de criteria van het wachtwoordbeleid. beheerderswachtwoord nodig) HP SpareKey Hiermee kunt u HP SpareKey in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld). Always Prompt for HP SpareKey Enrollment (Altijd vragen voor Hiermee kunt u HP SpareKey-inschrijving in- of uitschakelen HP SpareKey-inschrijving) (standaard ingeschakeld).
Selecteren Werking TPM Embedded Security (TPM geïntegreerde beveiliging) Hiermee schakelt u ondersteuning in of uit voor TPM (Trusted Platform Module) geïntegreerde beveiliging, waarmee de computer wordt beschermd tegen ongeautoriseerde toegang tot de eigenaarsfuncties in Embedded Security for ProtectTools. Raadpleeg de Help bij de ProtectTools-software voor meer informatie.
Pagina 153
RAID (alleen bepaalde modellen) OPMERKING: De beschikbaarheid van bovengenoemde opties verschilt per model computer. ● Hiermee kunt u HP QuickLook in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld). ● Hiermee kunt u de verificatie voorafgaand aan opstarten met HP QuickLook in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld).
Pagina 154
Selecteren Werking Built-In Device Options (Opties voor ingebouwde apparaten) ● Hiermee kunt u de status van de knop voor draadloze communicatie in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld). ● Hiermee kunt u het geïntegreerde WLAN-apparaat in- of uitschakelen (standaard ingeschakeld). ● Hiermee kunt u geïntegreerde radio van WWAN-apparaat in- of uitschakelen (alleen bepaalde modellen, standaard ingeschakeld).
Pagina 155
Selecteren Werking Port Options (Poortopties; allemaal standaard ingeschakeld) OPMERKING: Alle poortopties zijn standaard ingeschakeld. ● Hiermee kunt u de Flash-medialezer in- of uitschakelen. ● Hiermee kunt u de USB-poort in- of uitschakelen. VOORZICHTIG: Wanneer u de USB-poort uitschakelt, schakelt u ook MultiBay-apparaten en ExpressCard- apparaten op de geavanceerde poortreplicator uit.
Voor gedetailleerde instructies zoekt u in Help en ondersteuning naar deze onderwerpen. Als het systeem onstabiel is, raadt HP aan om de herstelprocedures af te drukken en ze te bewaren voor het geval u ze later nodig hebt. Back-up maken van gegevens Het herstel na een systeemfout is zo volledig als uw meest recente back-up.
Ga als volgt te werk om een schermafbeelding te maken: Geef het scherm weer dat u wilt opslaan. Ga als volgt te werk om de schermafbeelding te kopiëren: Als u alleen het actieve venster wilt kopiëren, drukt u op alt+fn+prt Als u het volledige scherm wilt kopiëren, drukt u op fn+prt Open een tekstverwerkingsdocument en selecteer Bewerken >...
Raadpleeg de sectie “Dvd met het Windows 7-besturingssysteem gebruiken (apart verkrijgbaar)” voor meer informatie. Start de computer opnieuw op en druk vervolgens op voordat het Windows-besturingssysteem wordt geladen indien de Windows-partitie en de HP-herstelpartitie in de lijst vermeld worden. Selecteer Opstartherstel. Volg de instructies op het scherm. OPMERKING: Voor aanvullende informatie over het herstellen van informatie met de Windows- hulpprogramma's zoekt u naar deze onderwerpen in Help en ondersteuning.
Raadpleeg de sectie “Dvd met het Windows 7-besturingssysteem gebruiken (apart verkrijgbaar)” voor meer informatie. Ga als volgt te werk als de HP-herstelpartitie in de lijst vermeld staat: schakel de computer in of start deze opnieuw op en druk op wanneer "Press the ESC key for Startup Menu"...
Pagina 160
Index Symbolen en getallen Automatisch DriveLock- compartiment voor draadloze 1394-apparaten wachtwoord communicatie 11 aansluiten 83 invoeren 114 computergegevens 121 verwijderen 83 verwijderen 115 computer reageert niet 64 1394-kabel, verbinden 83 Computer Setup 1394-poort 8, 83 (Computerinstellingen) back-up maken 144 apparaatbeveiliging 115 back-up maken en BIOS- aan/uit-knop 5...
Pagina 161
20 fabrieksinstellingen HP ProtectTools Security draadloos wide area netwerk herstellen 138 Manager 118 (WWAN) 20 File (Bestand), menu 138 HP QuickLook 3 35, 141 draadloze communicatie, firewall 19 HP SpareKey-inschrijving 139 bedieningselementen fn-toets 6, 34 HP System Software besturingssysteem 16...
Pagina 162
Intel HT-technologie 141 servicelabel 13 multicore-processor 141 MultiMediaCard 88 interferentie minimaliseren 26 WLAN 14 interne microfoons 12, 40 lage acculading 57 multimediacomponenten 39 internetverbinding instellen 18 lampje en knop van multimediasoftware, toetsenbord 12, 34 installeren 40 lampje Geluid uit 4 Java Card lampjes definitie 91...
Pagina 163
91 eSATA-poort 143 SD-kaart 88 plaatsen 92 ExpressCard-slot 143 Security (Beveiliging), menu verwijderen 92 flash-medialezer 143 altijd vragen voor HP SpareKey- Smart Card-lezer 9 Smart Card-slot 143 inschrijving 139 sneltoetsen USB-poort 143 Automatic DriveLock beschrijving 34 Power Monitor Circuit...
Pagina 164
HP 3D DriveGuard 67 taal, wijzigen in Computer Setup installeren 72 (Computerinstellingen) 140 vaste schijf herstellen 146 temperatuur 63 vaste-schijfruimte 9, 11 toets, Windows-toepassing 6 vaste-schijftest 138 toetsen ventilatieopeningen 8, 10 esc 6 verbinding maken met een fn 6 LAN 26...