3.
Wanneer u het apparaat instelt om met een hoge afdrukkwaliteit af te drukken, is de
afdruksnelheid langzamer. Wijzig de instellingen voor afdrukkwaliteit om de afdruksnelheid te
wijzigen.
4.
Als uw computer of het apparaat is verbonden met een draadloos netwerk, kan een zwak signaal
of een storing van het signaal uw afdruktaken vertragen.
5.
Mogelijk is de afkoelingsmodus van het apparaat geactiveerd. Wacht tot het apparaat is afgekoeld.
170
Hoofdstuk 13 Problemen oplossen
NLWW