Restspanningstest:
1: Spanning op de testpennen
2: Frequentie
3: Tijd in sek., tot spanning < 60 V
4: Grenswaarde tijd tot spanning < 60 V
Spanningstest:
1: Testspanning (meetwaarde)
2: Teststroom
3: Testduur
4: Nominale testspanning
Voor iedere test kan een kommentaar geschreven worden.
@BAD ( ) Alleen de afgekeurde meetwaarden incl. parameters
en grenswaarden in de volgorde
zoals bij @VAL
De gebruiker moet hierna beslissen of de test al dan
niet succesvol was.
@NUM ( ) Aantal opgeslagen metingen per soort meting. Soort
meting wordt tussen haakjes aangegeven.
Voor meetsoort geldt de volgorde zoals bij @VAL.
@RESULT ( ) Zodra er binnen een soort meting minstens een
afgekeurde meetwaarde voorkomt, voegt result
het woord „niet" in de tekst in, zie @VAL ( ).
@RESULT (O) Zodra er binnen een testobjekt minstens een afge-
keurde meetwaarde voorkomt, voegt result het
woord „niet" in de tekst in.
Met de beide positiecodewoorden @RESULT zijn volautomati-
sche protokolbeoordelingen mogelijk.
GMC-I Gossen-Metrawatt GmbH
6.4.2 Protokolvormgeving
Ter individuele vormgeving van het protokol kunt U het protokol-
opschrift, de tekst tussen de regels met meetwaarden en het
protokoleinde vrij bestemmen.
Verder kunt U de positie van de meetwaarden vastleggen en voor
een duidelijker overzicht met de slechtste waarde kompleteren.
Eveneens kunt U datum, tijd, testinstrument etc. op iedere
gewenste plaats in het protokol toevoegen.
De regelvolgorde van de meetwaarden is vastgelegd en niet te
wijzigen.
De goed-/slecht-beslissing moet U zelf nemen en in het protokol
vastleggen.
6.4.3 Protokol naar testinstrument overdragen
De vervaardigde protokolformulieren bezitten afwijkende maxi-
male lengten:
1. formulier:
uitvoerig protokol, 16 kB,
filename: PROTO_V1.PRN
2. en 3. formulier: beknopt protokol, ieder 8 kB
filename: PROTO_V2.PRN
en
Voor uitvoering zie hoofdst. 6.3
PROTO_V3.PRN
51