Download Print deze pagina

Afdrukopties; Printerinstellingen - Nokia E Series Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor E Series:

Advertenties

standaardprinter, selecteert u

Afdrukopties

> Printers, gaat u naar de printer en
selecteert u
Opties
Voordat u begint met afdrukken moet uw apparaat op
de juiste wijze op de printer zijn aangesloten.
Als u een document wilt afdrukken, selecteert u
Opties
Afdrukopties
>
Als u wilt afdrukken naar een bestand, selecteert u
Opties
Afdrukopties
>
naar bestand
en bepaalt u de locatie voor het bestand.
Als u de afdrukopties wilt wijzigen, selecteert u
Opties
> Afdrukopties. U kunt selecteren welke
printer u wilt gebruiken, hoeveel exemplaren u wilt
afdrukken en welk paginabereik u wilt afdrukken.
Als u de pagina-indeling wilt wijzigen voordat u begint
met afdrukken, selecteert u
Pagina-instelling. U kunt het papierformaat en de
afdrukstand wijzigen, de marges definiëren en een
koptekst en voettekst invoegen. De maximumlengte
van de koptekst en voettekst is 128 tekens.
Als u een voorbeeld van een bestand of bericht wilt
bekijken voordat u het afdrukt, selecteert u
Afdrukopties
> Voorbeeld.
Afdrukopties
Open een document, zoals een bestand of een bericht,
en selecteer
Opties
Definieer de volgende opties:
Printer
— Selecteer een beschikbare printer in de
114
lijst.
Opties
>
Als
standaard.
>
> Afdrukken.
Afdrukken
Afdrukken
>
>
Opties
Afdrukopties
>
Opties
Afdrukopties
> Afdrukken.
>
Afdrukken
— Selecteer
pagina's
of
Oneven pagina's
Afdrukbereik
— Selecteer
Huidige pagina
paginabereik.
Aantal exemplaren
exemplaren dat u wilt afdrukken.
Afdrukken naar bestand
afdrukken naar een bestand en de locatie voor het
bestand bepalen.
De beschikbare opties kunnen verschillen.

Printerinstellingen

Selecteer
Menu
>
Als u een nieuwe printer wilt toevoegen, selecteert u
>
Opties
> Toevoegen.
Definieer de volgende opties:
Printer
— Voer een naam in voor de printer.
Stuurprogramma
stuurprogramma voor de printer.
Drager
— Selecteer een drager voor de printer.
>
Toegangspunt
Poort
— Selecteer de poort.
Host
— Definieer de host.
Gebruiker
— Voer de gebruiker in.
Wachtrij
— Voer de wachtrij in.
Afdrukstand
— Selecteer de afdrukstand.
Papierformaat
Mediatype
— Selecteer het mediatype.
Kleur
— Selecteer de kleurmodus.
Printermodel
— Selecteer het printermodel.
Alle
pagina's,
Even
als het afdrukbereik.
Pagina's in
bereik,
of
Gedefin. pagina's
als het
— Selecteer het aantal
— Selecteren dat u wilt
Kantoor
> Printers.
— Selecteer een
— Selecteer het toegangspunt.
— Selecteer het papierformaat.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E66