Vervangen van oliefilter
WAARSCHUWING! De motorolie kan zeer
!
warm zijn als deze direct na het stoppen
afgetapt wordt. Laat de motor daarom eerst
wat afkoelen.
Het oliefilter zit rechts op de motor.
•
Klap de motorkap omhoog.
•
Draai het oude oliefilter tegen de klok in om het te
verwijderen. Gebruik indien nodig een filtertang.
•
Reinig de bevestiging van het oliefilter.
•
Smeer de rubberen pakking van het nieuwe oliefilter
lichtjes met nieuwe olie in.
•
Monteer het oliefilter door het met de klok mee te draaien.
Doe dit handmatig tot de rubberen pakking aanligt. Draai
het nog een halve slag verder.
•
Start de motor en laat deze ongeveer 3 minuten lopen.
Stop hem vervolgens en kijk naar eventuele lekkage.
•
Controleer het oliepeil in de motor, vul bij indien nodig.
BELANGRIJK!
Gebruikte motor- en transmissieolie zijn schadelijk voor de
gezondheid en mogen niet op de grond of in de natuur
gegoten worden.
Vervangen filters moeten ingeleverd worden bij de
werkplaats of een andere aangewezen plek voor
verwerking.
Voorkom contact met de huid, wassen met water en zeep
mocht u evt. knoeien.
Controle van het oliepeil van het
hydraulisch systeem
Olie verversen en filters vervangen moet worden gedaan
door een erkende servicewerkplaats en wordt in het
werkplaatshandboek beschreven. Maatregelen aan het
systeem stellen bijzondere eisen aan netheid en het systeem
moet worden ontlucht voor de machine in gebruik wordt
genomen.
•
Klap de zitting omhoog.
Smeren
•
Verwijder het bijvuldeksel. Het peil moet 40–60 mm
bedragen vanaf de bovenkant van de zeef.
•
Vul indien nodig volledig synthetische olie 10W/50 API SM
of beter bij.
Controle van oliepeil in
versnellingsbakken van transmissie
•
Controleer met een oliepeilstok of er olie in de transmissie
is.
•
Het oliepeil moet tussen de markeringen op de peilstok
liggen.
•
Vul indien nodig volledig synthetische olie 10W/50 API SM
of beter bij.
Draaiknoppen voor maaihoogte
Smeer de voorste en achterste draaiknoppen met olie.
– 37
Dutch