Netwerkverbinding
Voer de volgende procedure uit om uw machine
op een computer via het netwerk te verbinden.
Verbinden met een bekabeld LAN
Een ethernetkabel aansluiten
Zorg ervoor dat uw machine via een netwerk met
een ethernetkabel is verbonden alvorens het
stuurprogramma te installeren.
Maak een ethernetkabel en een hub
1
gereed.
Bereid een ethernetkabel (categorie 5, twisted
pair, recht) en een hub afzonderlijk voor.
Druk de aan/uit-schakelaar ongeveer
2
een seconde in om het apparaat en de
computer aan te zetten.
Meer info
"Uw machine uitschakelen" p. 23
Steek een uiteinde van de ethernetkabel
3
in de netwerkinterfaceverbinding aan de
achterzijde van de machine.
2
Steek het andere uiteinde van de
4
ethernetkabel in de hub.
Verbinden met een draadloos LAN
(alleen de MB451w, MB471w)
Automatisch configureren via de
methode met drukknop
Gebruik de functie WPS (drukknop) om het
draadloze LAN in te stellen.
Log in als de beheerder.
1
Druk op
2
(Network Menu)] te selecteren en druk
vervolgens op
Druk op
3
(Network Setup)] te selecteren en druk
vervolgens op
Druk op
4
(Wireless Setting)] te selecteren en druk
vervolgens op
- 51 -
Een computer aansluiten
om [NETWERKMENU
.
om [Netwerkinstellingen
.
om [Draadloze Instelling
.
1