7
Servicemenu
Menupunt
Instelbereik
Min. waarde gebrui-
Ja
ken
Nee
Cv-systeem
Radiator
Convector
Vloerverwarming
Gew. waarde con-
30 ... 75 ... 85 °C
stant
Max aanvoertempe-
30 ... 75 ... 85 °C
ratuur
Stooklijn instellen
Type sparen
Gereduceerd bedrijf
Buitentemperatuurdrem-
pel
Ruimtetemperatuurdrempel
Spaarbedrijf onder
– 20 ... 5 ... 10 °C
Doorverwarmen on-
Uit
der
– 30 ... 10 °C
Vorstbev.
Buitentemperatuur
Ruimtetemperatuur
Ruimte- en buitentempera-
tuur
Uit
Vorstbev.
– 20 ... 5 ... 10 °C
grenstemp.
Tabel 15 Instelling in het menu cv-circuit 1 ... 4
32
Beschrijving
In de woonruimte is een bedieningseenheid ModuLine 3000 in combinatie
met een afstandsbediening ModuLine 1000 of ModuLine 2000 geïnstal-
leerd. De verwarming wordt conform de lagere kamertemperatuurwaarde
(gemeten op interne temperatuursensor van de beide bedieningseenheden)
gestuurd (bijvoorbeeld in grotere ruimten voor betrouwbare registratie van
de kamertemperatuur bij kamertemperatuurgestuurde regeling, kamer-
vorstbeveiliging, kamerinvloed, ...).
In de woonruimte is een bedieningseenheid ModuLine 3000 in combinatie
met een afstandsbediening ModuLine 1000 of ModuLine 2000 geïnstal-
leerd. De verwarming wordt altijd conform de kamertemperatuurwaarde
van de afstandsbediening gebruikt.
Voorinstelling van de stooklijn conform verwarmingstype bijvoorbeeld
kromming en ontwerptemperatuur
Aanvoertemperatuur voor constant cv-circuit (alleen bij regelingstype Con-
stant beschikbaar)
De maximale aanvoertemperatuur kan alleen bij een kamertemperatuuraf-
hankelijke regeling worden ingesteld (bij weersafhankelijke regeling onder-
deel van de stooklijn). Het instelbereik hangt af van het gekozen cv-
systeem.
Fijnafstemming van de via het cv-systeem vooringestelde stooklijn
( Instellen verwarmingsysteem en stooklijnen voor de weersafhankelijke
regeling, pagina 34)
Meer details over het soort verlaging voor het gekozen cv-circuit ( Soort
verlaging, pagina 38)
Temperatuur voor soort verlaging Buitentemperatuurdrempel
( Soort verlaging, pagina 38)
Verwarming werkt onafhankelijk van de gedempte buitentemperatuur in de
actieve bedrijfsmodus ( Doorverwarmen onder een bepaalde buitentem-
peratuur, pagina 38).
Wanneer de gedempte buitentemperatuur de hier ingestelde waarde onder-
schrijdt, gaat de verwarming automatisch over van verlaagd regime naar cv-
bedrijf ( Doorverwarmen onder een bepaalde buitentemperatuur,
pagina 38).
Opmerking: om de vorstbeveiliging van een constant cv-circuit of de totale
cv-installatie te waarborgen, weersafhankelijke vorstbeveiliging instellen.
Deze instelling is onafhankelijk van de ingestelde type regeling.
Vorstbeveiliging wordt afhankelijk van de hier gekozen temperatuur
gede-/activeerd ( Vorstbeveiligingsgrenstemperatuur (buitentempera-
tuurdrempel), pagina 39)
Vorstbeveiliging uit
Vorstbeveiligingsgrenstemperatuur (buitentemperatuurdrempel),
pagina 39
ModuLine 3000 • 6 720 816 250 (2015/06)