3
|
Specifieke veiligheidsinstructies voor de installateur
3.1.1 Vereisten voor de installatieruimte
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
16
VOORZICHTIG
Gebruik GEEN potentiële ontstekingsbronnen bij het zoeken naar of detecteren van
koelmiddellekken.
OPMERKING
▪
Gebruik reeds eerder gebruikte verbindingen en koperen pakkingen NIET
opnieuw.
▪
Verbindingen die bij de installatie tussen onderdelen van het koelmiddelsysteem
worden gemaakt moeten toegankelijk zijn voor onderhoudsdoeleinden.
OPMERKING
▪
Een onvolledige verbreding kan lekken van koelgas veroorzaken.
▪
Gebruik getrompte buizen NIET opnieuw. Gebruik nieuwe getrompte buizen om
ervoor te zorgen dat er geen koelgas kan lekken.
▪
Gebruik de getrompte moeren die bij de unit werden meegeleverd. Andere
getrompte moeren kunnen koelgaslekken veroorzaken.
VOORZICHTIG
De totale hoeveelheid koelmiddel in het systeem mag niet groter zijn dan de
vereisten voor de minimum vloeroppervlakte van de kleinste kamer van het systeem.
Voor de vereisten voor de minimum vloeroppervlakte voor binnenunits, zie de
montagehandleiding en gebruiksaanwijzing van de buitenunit.
WAARSCHUWING
Dit toestel bevat R32-koelmiddel. Voor de vereisten voor de minimum
vloeroppervlakte van de kamer waarin het toestel wordt opgeslagen, zie de
montagehandleiding en gebruiksaanwijzing van de buitenunit.
OPMERKING
▪
Bescherm leidingen tegen fysieke schade.
▪
Beperk de installatie van de leidingen tot een minimum.
FXSA15~140A2VEB
VRV-systeemairconditioner
4P599622-1B – 2022.02