Modulaire elektrische lineaire aandrijvingen OSP-E
•
Bevestig de koppeling (3) op de aandrijfas.
•
Schuif het koppelingshuis (4) op de pasring van de aandrijving (6).
•
Leg de pasring (5) in het koppelingshuis (4). Zorg ervoor dat de pasring correct zit!
•
Fixeer de motorflens (6) op het koppelingshuis (4).
•
Bevestig met de schroeven (7) de koppelingseenheid aan de lineaire aandrijving.
•
Draai de motor aan de motorflens (6) vast.
•
Draai via het venster van het koppelingshuis de schroeven van de koppeling vast. Als hulpmiddel bij het
afstellen van de schroeven kunt u een schroevendraaier gebruiken. Deze kunt u in de inkeping op de kop-
peling steken om zo de koppeling in de gewenste positie te draaien.
•
Steek de stoppen in het koppelingshuis om te voorkomen dat er vuil kan binnendringen.
Opgelet
Sommige motorsystemen (bijv. servo) moeten vooraf ingesteld worden voordat zij aan de lineaire aandrijving
vastgemaakt worden.
36