LUCHTCIRCULATIEKANALEN
voor een juiste werking is het nodig dat er lucht circuleert binnenin de structuur die om de inbouwhaard zit om oververhitting te voorkomen.
Om dit te bewerkstelligen, is het voldoende een of meerdere openingen te maken zowel aan de onderkant als de bovenkant van het omhulsel.
De te respecteren afmetingen zijn de volgende:
ONDERKANT (INLAAT KOUDE LUCHT) MET EEN MINIMAAL TOTAAL OPPERVLAK VAN 240 CM².
BOVENKANT (UITLAAT WARME LUCHT) MET EEN MINIMAAL TOTAAL OPPERVLAK VAN 240 CM².
hieronder zijn de mogelijke gevallen aan welke voldaan moet worden.
BESTAANDE INSTALLATIE
vOOrBeeLD 1
A
B
A: Uitlaat convectielucht. Minimale sectie 120cm².
B: inlaat omgevingslucht. Minimale sectie 120cm².
IN GEVAL VAN INSTALLATIE OP EEN BESTAANDE SCHOORSTEEN (VOORBEELDEN 2
EN 3) IS HET VERPLICHT EEN GAT TE MAKEN OP DE ONDERSTEUNENDE BASIS OM
EEN CORRECTE LUCHTDOORGANG TE GARANDEREN.
vOOrBeeLD 2
A
A
B
B
NEDERLANDS
vOOrBeeLD 3
C
A
B
D
C: Uitlaat convectielucht.
Minimale sectie 240cm².
D: inlaat omgevingslucht.
Minimale sectie 240cm².
13