Netwerkprocedures
In dit hoofdstuk vindt u informatie over netwerken.
Het apparaat configureren en op het netwerk gebruiken
Hewlett-Packard raadt u aan het HP-installatieprogramma op de cd-rom's bij het apparaat te
gebruiken om de printerdrivers voor de volgende netwerkconfiguraties te configureren.
Overschakelen van een configuratie met gedeeld apparaat met
rechtstreekse aansluiting op een configuratie waarbij het apparaat via
een netwerkpoort is aangesloten
Voer de volgende procedure uit om over te schakelen van een rechtstreekse aansluiting op
een netwerkconfiguratie.
1. Verwijder de printerdriver voor het rechtstreeks aangesloten apparaat.
2. Installeer de driver voor een netwerkconfiguratie door de stappen uit
Mijn netwerkwachtwoord instellen
Gebruik de HP-werkset om een netwerkwachtwoord in te stellen.
1. Open de HP-werkset en klik op Apparaatinstellingen.
2. Klik op de tab Netwerken.
Als er al een wachtwoord voor het apparaat is ingesteld, wordt u gevraagd het wachtwoord
Opmerking
te typen. Typ het wachtwoord en klik op Toepassen.
3. Klik op Wachtwoord.
4. In het vak Wachtwoord typt u het wachtwoord dat u wilt instellen. Vervolgens typt u
5. Klik op Toevoegen om het wachtwoord op te slaan.
Het IP-adres van mijn netwerk zoeken
Het IP-adres van het netwerk vindt u op de configuratiepagina. Druk als volgt een
configuratiepagina af via het bedieningspaneel.
1. Druk op de
2. Druk op
3. Druk op de
4. Druk op
NLWW
te voeren.
hetzelfde wachtwoord in het vak Wachtwoord bevestigen om de instelling te bevestigen.
(P
IJL NAAR LINKS
(S
ELECTEREN
(P
IJL NAAR LINKS
(S
ELECTEREN
) of
(P
IJL NAAR RECHTS
).
) of
(P
IJL NAAR RECHTS
) om de configuratiepagina af te drukken.
Netwerkfunctie
) en selecteer het menu Rapporten.
) en selecteer Config-rapport.
Netwerkprocedures
uit
79