[FLITS INSTEL.]
Toepasbare modi:
Stel de flits-output bij als de genomen foto's te helder of te donker zijn.
Aantekening
•
U kunt afstellen van [
•
Kies [0 EV] om de oorspronkelijke flitswerking in te stellen.
•
[
i
] of [
j
] wordt in de flitsericoon op het beeldscherm weergegeven als het flitsniveau
bijgesteld wordt.
[I.RESOLUTIE]
Toepasbare modi:
Beelden met een scherp profiel en een scherpe resolutie kunnen gemaakt worden m.b.v.
de Intelligente Resolutietechnologie.
[OFF]/[LOW]/[STANDARD]/[HIGH]/[EXTENDED]
Aantekening
•
[EXTENDED] stelt u in staat natuurlijke beelden met een hogere resolutie te nemen.
•
De burst-snelheid en de continue opname worden langzamer als [EXTENDED] gebruikt wordt.
•
Wanneer u een video opneemt, gaat [EXTENDED] naar [LOW].
[INT.DYNAMIEK] (Intelligent dynamic range control)
Toepasbare modi:
Contrast en belichting zullen automatisch aangepast worden wanneer er een groot
verschil is in helderheid tussen de achtergrond en het onderwerp, om het beeld dichtbij te
brengen naar hoe u ziet.
[OFF]/[LOW]/[STANDARD]/[HIGH]
Aantekening
•
Dit kenmerk kan automatisch uitgeschakeld worden, afhankelijk van de lichtomstandigheden.
•
[
] wordt geen in het scherm wanneer [INT.DYNAMIEK] effectief is.
•
[LOW], [STANDARD] of [HIGH] vertegenwoordigt het maximum bereik van het effect.
j
2 EV] tot [
i
2 EV] in stappen van [1/3 EV].
Opnemen
- 142 -