Problemen oplossen
C
ONTROLEER OF DE CARTRIDGE VOLDOENDE TONER BEVAT
1
Verwijder de cartridge uit de printer.
Let op—Kans op beschadiging: Raak de trommel van de fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van
toekomstige afdruktaken verminderen.
2
Schud de cartridge meerdere keren stevig heen en weer om de toner opnieuw te verdelen.
3
Plaats de cartridge terug in de printer.
Opmerking: als de afdrukkwaliteit niet verbetert, moet u de cartridge vervangen.
C
ONTACT OPNEMEN MET DE KLANTENONDERSTEUNING
Als het probleem zich blijft voordoen, heeft de printer misschien onderhoud nodig.
Scheve afdruk
D
E PAPIERGELEIDERS CONTROLEREN
Schuif de geleiders in de juiste positie voor het formaat papier dat is geplaatst.
H
ET PAPIER CONTROLEREN
Zorg ervoor dat u papier gebruikt dat voldoet aan de printerspecificaties.
Afdrukken bevatten alleen gekleurde of zwarte effen vlakken
C
ONTROLEER OF DE FOTOCONDUCTOR NIET DEFECT IS EN CORRECT IS GEPLAATST
Verwijder de fotoconductor en plaats deze vervolgens weer terug. Als het probleem zich blijft voordoen, moet de
fotoconductor mogelijk worden vervangen.
252