Samenvatting van Inhoud voor Rendamax R2700 Series
Pagina 1
Rendamax Technische documentatie R2700 R2800 R2900 Doc1004/2789nl...
Pagina 2
Rendamax B.V. Wij streven voortdurend naar verbetering van onze producten. Hieruit voortvloeiende veranderingen kunnen derhalve afwijken van dit document. Rendamax B.V. wijst iedere aansprakelijkheid ten gevolge van verschillen tussen gegevens in dit document en de geleverde apparatuur af.
Pagina 9
Rendamax Type R2700 R2701 R2702 R2703 R2704 R2705 R2706 R2707 R2708 R2709 1130 1130 1010 ⁄ " ⁄ " Rp 1 ⁄ " Rp 1 ⁄ " Rp 1 ⁄ " Rp 1 ⁄ " Rp 2" Rp 2" Rp 2"...
1 Inleiding Rendamax B.V. Opgericht in 1968, heeft Rendamax B.V. vanuit haar Neder landse basis een wereldwijde reputatie opgebouwd in ontwikke ling, productie en marketing van gasgestookte “high performan ce” verwar- mingsunits voor professionele toepassingen in het vermogensgebied van 40 tot 1200 kW.
Toepassing, installatie en onderhoud van Rendamax producten dient altijd te geschieden met inachtneming van de voor deze installaties geldende (wettelijke) eisen, voorschriften en nor men. Alle door Rendamax B.V. verstrekte gegevens, informatie en suggesties met betrekking tot haar producten zijn op zorgvuldig onderzoek gebaseerd.
Pagina 19
- laag temperatuur condenssysteem - condenserend geoptimaliseerd - besturing m.b.v. gebouwenoptimalisatiesysteem (2-10 Vdc = +10°C – +90°C, zie 5.3.2 aansluitklemmen). Fig. 4 De Rendamax R2900 * De R2700 en R2800 unit zijn identiek met uitzondering van de 3 warmtewisselaar Doc1004/2789nl...
Rendamax 2.2.1 Beschrijving hoofdonderdelen De ketel is opgebouwd uit de volgende hoofdcomponenten: Ventilator [25] Deze bestaat uit een slakkenhuis, een schoepenwiel en een elektromotor. Met behulp van de ventilator wordt verbrandings lucht aangezogen en in druk verhoogd. Luchtinlaatdemper [29] Een speciaal ontwikkelde luchtinlaatdemper zorgt voor een laag geluidsniveau. Als optie kan deze voorzien worden van een luchtfi...
Rendamax Frame [14] Het frame is een constructie van stalen profi elen. Trillingsdem pers worden los meegeleverd en dienen na positionering van de unit gemonteerd te worden. Beplating [28] De beplating bestaat uit gemakkelijk (zonder gereedschap) te verwijderen panelen. Elektrogroep Hiertoe behoort de regeling en de beveiliging van de ketel.
Rendamax 3 Veiligheid Installatie voorschriften Lees deze voorschriften voordat met de installatie wordt begonnen. Het toestel dient door een erkende installateur volgens de geldende nationale en lokale normen en voorschriften geïnstal leerd te worden. De installatie is uitsluitend te gebruiken voor verwarmingssyste men tot een maximum watertem- peratuur van 90 °C.
Rendamax Modifi catie Modifi catie van de installatie mag alleen uitgevoerd worden met schriftelijke goedkeuring van de fabrikant. Ontploffi ngsgevaar Volg bij werkzaamheden in de ketelruimte de daarvoor gelden de voorschriften “werken in een ruimte met ontploffi ngsgevaar” op. Installatie Het toestel dient door een erkende installateur volgens de geldende nationale en lokale normen en voorschriften geïnstal leerd te worden.
Pagina 25
Rendamax Fig. 6 Verplaatsing Standaard deuropening De afmetingen van de unit zijn zodanig dat de types met een maximale breedte (B) van 830 mm (zie technische gegevens) met verwijderde buitenbeplating door een standaard deurope ning van 80 cm te transporteren zijn.
Pagina 26
Renda max leverancier op te nemen. De unit kan dan ter plaatse gedemonteerd en weer gemonteerd worden in de ketelruimte. Wij geven u het dringende advies om demontage- en montage werkzaamheden door de service- dienst van uw Rendamax leverancier te laten uitvoeren (meerprijzen). Doc1004/2789nl...
Pagina 27
Rendamax Brander Type L (mm) B (mm) H (mm) m (kg) R2700 R2701 R2800 R2900 R2702 R2801 R2901 R2703 R2802 R2902 R2704 R2803 R2903 R2705 R2804 R2904 1010 R2706 R2805 R2905 1010 R2806 R2906 1010 R2707 1010 R2807 R2907 1010...
Rendamax Alleen voor R2900 Warmtewisselaar Type L (mm) B (mm) H (mm) m (kg) R2900 R2901 R2902 R2903 R2904 R2905 R2906 R2907 R2908 R2909 Fig. 11 Afmetingen en gewichten 3 warmtewisselaar R2900 Frame Type L (mm) B (mm) H (mm)
Het toestel dient door een erkende installateur volgens de geldende nationale en lokale normen en voorschriften geïnstal leerd te worden. Voor Nederland gelden tevens de normen NEN 3028 (2004) en NEN 1010. Het in bedrijf stellen dient bij voorkeur te geschieden door de servicedienst van uw Rendamax leverancier. Stookruimte 5.2.1...
Rendamax 5.2.2 Opstelling Voor een opstelling van de ketels gelden voor de stookruimte de volgende richtlijnen: a Stel het toestel op in een vorstvrije ruimte b Let op de plaatsing en temperatuurgevoeligheid van de apparatuur c Maak de stookruimte voldoende groot zodat er voldoende ruimte rondom het toestel aanwezig is voor onderhoud en eventuele vervanging van onderdelen.
Rendamax Fig. 15 Zolderopstelling 5.2.3 Ventilatie De ventilatie van de stookruimte dient te voldoen aan de gel dende nationale en lokale normen en voorschriften. Let m.b.t. het ventileren op de volgende punten: a Handhaaf de geldende nationale en lokale normen en voor schriften voor de afmetingen van de...
Pagina 32
Rendamax De aan te sluiten kabels (voeding, besturing) worden aan de achterzijde van de ketel binnen- gevoerd en via de kabelgoot aan de rechterbinnenkant naar de voor in de ketel geplaatste aan- sluitkast gebracht. De aansluitkast is voorzien van kabelwartels en aansluitklemmen.
Pagina 33
1 fase pomp. Toename opgenomen vermogen: ca. 10%, toename aanloop vertraging: ca. 3 sec. Voor verdere energiebesparing is optioneel voor de serie R2800 en R2900 een toerengeregelde pomp verkrijgbaar. Raadpleeg hiervoor uw Rendamax leverancier. Regeling en opties De ketels zijn standaard uitgerust met een modulerende regeling. Deze kan via een 0-10 Vdc sig- naal temperatuurafhankelijk worden gestuurd.
Pagina 34
Rendamax Een weersafhankelijke temperatuurregelaar met de volgende mogelijkheden: • programmering van 3 verwarmingsperiodes met bijbehorende temperaturen • instelbare nachtverlaging • keuze uit 2 weekprogramma’s • tapwater bereiding met voorrangsschakeling en 2 verwarmingsperiodes • eenmalige tapwater bereiding tijdens nachtverlaging • adaptieve stooklijn •...
Pagina 35
Rendamax Aansluitklemmen Klem: Omschrijving: L1-L2-L3 Voedingsspanning t.b.v. ketel die met resp. 10A of 16A dient te worden N-PE afgezekerd. Indien er installatieautomaten worden gebruikt dienen deze aan een C uitschakelkarakteristiek te voldoen. 8 – 9 Aansturing t.b.v. boilerpomp (230 Vac, 1 A), waarvan klem 8 de fase (L) geleider is en klem 9 de nul (N) geleider.
Rendamax sturen van een toerengeregelde ketelvoedingspomp kan worden toegepast. D.m.v. 2 parameters, een voor begrenzing van het min. pomp- toerental en een voor de ketelbelasting bij max. pomptoerental kan de instelcurve worden inge- steld. Hierboven kan het toerental van de pomp nog eens moduleren tussen deze curve en max.
Rendamax 5.3.4 Verbrandingsluchttoevoer 5.3.4.1 Algemeen De ketel is optioneel leverbaar als gesloten toestel. Dit vereenvoudigt de plaatsingsmogelijk- heden binnen het gebouw. Richtlijnen en installatievoorschriften Het rookgasafvoer- en luchtaanzuigsysteem dient door een erkende installateur volgens de gel- dende nationale en lokale normen en voorschriften geïnstalleerd te worden.
Pagina 38
Meerdere ketels mogen niet zonder meer samen worden aangesloten op hetzelfde luchttoe voer- of rookgasafvoerkanaal. Neem hiervoor contact op met uw Rendamax leverancier. In verband met sneeuw moet de luchttoevoer minimaal 30 cm bovendaks uitsteken en voorzien zijn van een kruiskap.
Rendamax Fig. 21 Afstand luchttoevoer en rookgasafvoer Vorming van hinderlijk condenswater moet worden voorkomen. Wanneer gedurende het aanwar- men condensatie optreedt, moet dit condensaat terug naar de unit kunnen stromen. Inspectie van het luchtaanzuig- en rookgasafvoerkanaal moet mogelijk zijn. 5.3.5 Rookgasafvoer 5.3.5.1...
Rendamax Type Rookgastemp. bij Rookgashoeveelheid Maximaal toe- vollast bij vollast laatbare schoor- steenweerstand °C kg/s mbar R2700 0,047 R2701 0,059 R2702 0,071 R2703 0,089 R2704 0,109 R2705 0,149 R2706 0,187 R2707 0,222 R2708 1092 0,252 R2709 1296 0,299 R2800 0,046...
Pagina 41
Rendamax De uitmondingsdiameters van de units zijn zodanig gekozen dat men een maximale rookgassnel- heid verkrijgt van ca. 5 m/s. Bij de unit heeft men een maximale overdrukbesteding van ca. 1,0 mbar (100 Pa) voor het rookgasafvoersysteem ter beschikking (zie tabel 10 voor lengten).
Pagina 42
Rendamax Berekening diameter Voor berekening en controle van de inwendige diameter van een afvoersysteem met mechanische afvoer wordt verwezen naar de geldende nationale en lokale voorschriften en normen. Berekening lengte De in onderstaande tabel genoemde lengten zijn slechts voor verdere berekening van de totale lengte.
Pagina 43
Rendamax Schoorsteenverliezen van diverse schoorsteenstukken uitgedrukt in meters rechte pijp. Het totale verlies dient in mindering te worden gebracht bij de maximale toegestane schoorsteenlengte uit de vorige tabel. Type Diameter Bocht Bocht Bocht T-stuk in mm 90° 90° 45° R/D = 1...
Rendamax Fig. 23 Condensafvoer Hydraulisch systeem 5.4.1 Algemeen Hoewel het niet de bedoeling is een compleet handboek voor het ontwerpen van de meest uiteen- lopende hydraulische syste men te maken zijn de gegevens toch omvangrijker dan gege vens welke in het algemeen wordt verstrekt bij conventionele verwarmingsketels.
Pagina 46
Rendamax Type ∆T 20 K Pompgegevens Nominale Ketel- Pomptype Pomp- Opvoer- Beschik- Maxi- volume weer- Grundfos stand hoogte bij bare maal* op- stroom stand Qnom. opvoer- genomen hoogte bij vermogen Qnom. R2700 4,11 32-60 F R2701 5,12 32-60 F R2702...
Doorgaans moet men dan de aanvoertempera tuur vanuit de ketel(s) corrigeren voor de in de aangesloten groepen gewenste temperatuur. Voor verdere energiebesparing is voor de R2800 en R2900 optioneel een toerengeregelde pomp verkrijgbaar. Raadpleeg hiervoor uw Rendamax leverancier. 5.4.2.2 Pompkarakteristieken Fig.
Rendamax 5.4.2.5 Waterstromingsbeveiliging De unit is met een waterstromingsbeveiliging uitgerust. Deze stelt de ketel buiten werking zodra de waterstroming door de ketel beneden de minimum vereiste waarde komt. 5.4.3 Waterdruk 5.4.3.1 Bedrijfsdruk Bij een maximale aanvoertemperatuur van 90 °C en een nominale waterstroming zoals die op- treedt bij een ∆T van 20 K bij vollast, moet de minimale bedrijfsdruk groter zijn dan 1,5 bar.
Pagina 50
Indien er voornemens zijn chemicaliën (zoals inhibitors) aan het water toe te voegen dient men vooraf contact op te nemen met uw Rendamax leverancier. Zij kunnen tevens advies geven over fi ltersystemen en andere benodigdheden. (Wateranalyse formulieren zijn verkrijgbaar bij uw Rendamax leverancier).
Rendamax 5.4.6 Voorbeelden hydraulisch systeem De getoonde hydraulische systemen zijn slechts voorbeelden. Zij kunnen niet zonder vakkundige analyse in de praktijk wor den toegepast. Drukloze verdeler De drukloze verdeler moet zodanig worden gedimensioneerd, dat bij volle belasting een druk verschil optreedt tussen aanvoerverdeler en retourverzamelaar van maximaal 50 mmwk (ca.
Pagina 52
Rendamax Fig. 30 Ketel met rechts gemonteerde verticaal geplaatste Rendamax verdeler Fig. 31 Verdeler met meerdere verwarmingsgroepen in mengregeling zonder hoofdpomp Kleine installaties (tot 200 kW) met weersafhankelijke regeling en boilervoorrangschakeling Door de kleine waterinhoud van de ketel en de snelle, nauw keurige keteltemperatuursregeling is de ketel ideaal inzetbaar als ketel met boilervoorrangschakeling.
Pagina 53
Fig. 33 Installatie met meerdere units gebruikmakend van de Rendamax Duo-verdeler Doc1004/2789nl...
Rendamax Fig. 34 2 ketels gebruikmakend van de Rendamax Duo-verdeler 6 Bedieningsinstructies Werking Bij warmtevraag vindt eerst voorventilatie plaats. De ventilator voert de verbrandingslucht toe, waarbij een frequentieregeling de modulering verzorgt. Een verhoudingsregelaar bepaalt (even- eens modulerend) de benodigde gashoeveelheid. Gas en lucht worden in het mengkanaal opti- maal gemengd.
Rendamax In- en uitgangssymbolen (klepje geopend) Ingangssymbolen ionisatiestroommeting t.b.v. vlamdetectie SW signaal van stromingsbewaking DW signaal van de luchtdrukbeveiliging signaal van externe vrijgave Bus signaal van busverbinding Uitgangssymbolen aanstuursignaal naar hoofdgaskleppen aanstuurdignaal naar ontstekingstrafo aanstuursignaal naar ventilator aanstuursignaal naar ketelvoedingspomp...
Pagina 57
Rendamax 4. er ontstaat geen vlamsignaal tijdens brander start Tijdens branderstart werd binnen de ingestelde veiligheidstijd geen vlam gedetecteerd. Indien geprogrammeerd is een herstart mogelijk. 5. vlamsignaal valt tijdens bedrijf weg Tijdens brander in bedrijf is de gemeten ionisatiestroom onder de 1 µA geweest. Controleer en ontgrendel deze veiligheidsfunctie door het indrukken van de reset toets.
Rendamax 31. CRC-fout in veiligheidsrelevante parameters Er is een EEprom fout opgetreden in de opgeslagen veiligheidsrelevante parameters. Controleer en wijzig deze parameterset. 32. fout in laagspanningsvoeding De laagspanningsvoeding is te laag of de zekering is defect. Herstel deze fout en druk op reset.
Rendamax 7 Inbedrijfstelling Algemeen Het inbedrijfstellen dient door deskundig personeel te worden uitgevoerd. Afwijking hiervan doet de garantie vervallen. De inbedrijfstelling Water en het hydraulisch systeem Neem een watermonster van het systeemwater bij de vul/aftap kraan van de ketel en een monster van het suppletiewater.
Pagina 60
Rendamax Fig. 36 Meten branderdruk Meet de gasdruk voor de gasklep. Deze dient minimaal 20 mbar te zijn voor aardgas L en 17 mbar voor aardgas H bij vollast. Voor propaan geldt een minimum voordruk van 30 mbar bij vollast. Bij meerdere ketels per ketelhuis moet deze druk gemeten worden met alle ketels in vollast.
Rendamax Indien de ketel op vermelde wijze is gecontroleerd en eventueel gecor rigeerd, dienen als referen- tie de volgen de waarden bij vollast en minimumlast te worden genoteerd op het inbedrijfstellings- formulier: ventilator boven brander ventilator boven brander vuurhaard ∆T.
De brander en warmtewisselaars kunnen waterzijdig worden gereinigd met de daarvoor geschikte middelen. Voor advies met betrekking tot geschikte middelen dient de servicedienst van uw Rendamax leverancier geraadpleegd te worden. Reinigen fi lter/zeef gascombinatieblok Procedure om het fi lter/zeef in het gascombinatieblok te kun nen reinigen.
De nominale ionisatiestroom bedraagt 6 tot 25 µA. De minimale ionisatie stroom bedraagt 2,8 µA. Service Voor het verlenen van service en onderhoud is de servicedienst van uw Rendamax leverancier steeds beschikbaar. 9 Omrekeningsformules en -factoren Omrekeningsformules −...
Rendamax kcal/h Btu/h 0,86 3,41 1,163 3,97 0,296 0,252 Tabel 15 Herleidingswaarden 1 kcal = 4,187 kJ 1 kWh = 3,6 MJ Rookgaszijdig rendement Het verschil tussen de calorische bovenwaarde en de calori sche onderwaarde is de verdam- pingswarmte van het chemisch gevormde water. Bij 298,15 K (25 °C) bedraagt deze 2442,5 kJ/kg (583,38 kcal/kg).
Rendamax 1 Beschrijving Algemeen De Rendamax R2900SB ketel is een milieuvriendelijke gasgestookte verwarmingsketel. De serie R2900SB bestaat uit 5 typen in het vermogensgebied van 326 tot 572 kW. De ketels heb- ben een extreem laag lage NO en CO uitstoot waardoor deze ketel aan de strengste milieu eisen voldoet.
Rendamax Hydraulisch systeem 2.2.1 Algemeen Hoewel het niet de bedoeling is een compleet handboek voor het ontwerpen van de meest uiteen- lopende hydraulische systemen te maken zijn de gegevens toch omvangrijker dan de gegevens welke in het algemeen wordt verstrekt bij conventionele verwarmingsketels.
Rendamax 1 Beschrijving Algemeen De bypass zorgt ervoor, dat indien de volumestroom over de ketel te laag wordt (hoge ∆T), aan- voerwater wordt teruggeleid naar de tweede warmtewisselaar van de ketel, zodat de minimaal vereiste stroming in het warme gedeelte van de ketel gegarandeerd wordt.
Rendamax 2.1.3 Condensafvoer Zorg ervoor, dat de afstand tussen de condensuitlaat van de ketelsifon en de afvoerleiding mi- nimaal 5 mm is. Hierdoor ontstaat de vereiste open verbinding en worden voorkomende onder- houdswerkzaamheden en inspecties vereenvoudigd. Hydraulisch systeem 2.2.1 Algemeen...
Rendamax 1 Beschrijving Algemeen Het split system is, zoals de naam al weergeeft, een gesplitst systeem waarbij gebruik kan wor- den gemaakt van zowel een warme als koude retour. Het split system is ontworpen omdat er vraag ontstaan is naar ketels die zowel een koude als warme retour hebben.
Rendamax 2.2.2 Waterstroming In tabel 30 is het vereiste verband tussen de drie grootheden Q-P-t aangegevenen wel bij vollast. Door de hoge doorstroom-snelheid is de ketel minder gevoelig voor waterhardheid. Hierdoor mag, bij een aanvoertemperatuur van 80°C, de waterhardheid maximaal 14% dH bedragen.