Kalibratie van
aanraakscherm
Kalibreer het aanraakscherm als een ander item
dan u hebt aangeraakt door het toestel wordt
geselecteerd.
1
Selecteer het menu. (l 27)
[INSTELLEN] # [KALIBREREN] # [JA]
≥ Raak [ENTER] aan.
2
Raak [r] aan met de
meegeleverde tekenpen waarna
de kalibratie wordt uitgevoerd.
≥ Raak [i] aan zodat dit wordt afgebeeld.
(5 plaatsen)
3
Raak [ENTER] aan.
≥ Het LCD-scherm kan niet worden gekalibreerd
wanneer het 180o is gedraaid.
36
VQT2B23
De beeldkwaliteit op het
LCD-scherm wijzigen
Selecteer het menu. (l 27)
[INSTELLEN] # [LCD AI] # [DYNAMISCH]
of [NORMAAL]
[DYNAMISCH]:
Het beeld op het LCD-scherm wordt helder en
scherp. Het contrast en de helderheid worden
optimaal afgestemd op de opgenomen scènes.
Dit leidt tot heldere en scherpe beelden.
[NORMAAL]:
Schakelt over naar de standaard beeldkwaliteit.
≥ Als [POWER LCD] is ingesteld op
wordt het ingesteld op [DYNAMISCH], of als
[POWER LCD] is ingesteld op
wordt het ingesteld op [NORMAAL], en de
instelling kan niet worden veranderd.
Een opname van uzelf
maken
¬ Verander de functie naar
Draai het LCD-scherm in de richting
van de lens.
≥ Het beeld op het LCD-scherm is dan gedraaid
en het lijkt alsof u in een spiegel kijkt. (Het
opgenomen beeld is hetzelfde als een normale
opname.)
≥ Slechts enkele aanduidingen kunnen op het
scherm verschijnen. Zet het LCD-scherm terug
in de normale stand als ° verschijnt en
controleer de waarschuwing/foutmeldingen.
(l 128)
of
,
+1
+2
of
,
-1
A
.