Hoofdstuk 13
b
Druk op a of b om Uit (of Aan) te
selecteren.
Druk op OK.
c
Als u verder geen instellingen wilt
opgeven, drukt u op Kleur Start om af
te drukken.
Gewijzigde instellingen
opgeven als nieuwe
standaardinstellingen
U kunt de afdrukinstellingen die u het vaakst
gebruikt opslaan door ze als de standaard in
te stellen. Deze instellingen blijven van kracht
totdat u ze weer wijzigt.
a
Druk op a of b om de nieuwe instelling
te selecteren.
Druk op OK.
Herhaal deze stap voor elke instelling
die u wilt wijzigen.
b
Nadat u de laatste instelling hebt
gewijzigd, drukt u op a of b om
Nieuwe standaard te selecteren.
Druk op OK.
c
Druk op 1 om Ja te selecteren.
d
Druk op Stop/Eindigen.
De fabrieksinstellingen
herstellen
U kunt alle instellingen die u hebt gewijzigd
weer terugzetten naar de
fabrieksinstellingen. Deze instellingen blijven
van kracht totdat u ze weer wijzigt.
a
Druk op a of b om
Fabrieksinstell. te selecteren.
Druk op OK.
b
Druk op 1 om Ja te selecteren.
c
Druk op Stop/Eindigen.
84
Naar een kaart
scannen
Scanmodus instellen
Als u naar een kaart wilt scannen, drukt u op
de
(Scan)-toets zodat deze groen
wordt.
13
Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven.
Druk op a of b om Scan n. kaart te
selecteren.
Druk op OK.
Als er geen verbinding met de computer is,
13
verschijnt alleen de optie Scan n. Kaart op het
LCD-scherm. (Zie de Softwarehandleiding
voor meer informatie over de overige
menuopties.)
13
13