Vijfde uitgave • Tweede druk
Noodstop
Druk de rode noodstopknop op de grond- of de
platformbediening in naar de stand 'uit' om alle
functies stop te zetten en de motor uit te
schakelen.
Repareer elke functie die nog werkt als een van de
rode noodstopknoppen is ingedrukt.
Motor starten
1 Draai het contactslot van de grondbediening in
de gewenste stand.
2 Zorg ervoor dat de rode noodstopknop van zowel
de grond- als platformbediening uitgetrokken is
naar de stand 'aan'.
Benzine/LPG-modellen
3 Selecteer LPG door op de LPG-knop te drukken.
4 Druk de motorstartknop in.
Opmerking: Onder koude omstandigheden, -6 °C
en lager, dient de machine te worden gestart op
benzine en 2 minuten warm te draaien, waarna op
LPG kan worden overgeschakeld. Warme motoren
kunnen op LPG worden gestart.
Dieselmodellen
3 Druk de motorstartknop in.
Opmerking: Onder koude omstandigheden, 10 °C
en lager, dient de gloeibougieknop ingedrukt te
worden en 5 tot 10 seconden te worden
vastgehouden voordat de motor wordt gestart. De
gloeibougieknop mag niet langer dan 20 seconden
achter elkaar worden gebruikt.
Alle modellen
Als de motor na 15 seconden ronddraaien niet start,
dient u de oorzaak hiervan vast te stellen en
eventuele storingen te repareren. Wacht
60 seconden voordat u opnieuw probeert te starten.
Onderdeelnr. 133534DU
Warm onder koude omstandigheden, -6 °C en lager,
de motor gedurende 5 minuten op voordat de
machine in bedrijf wordt genomen om schade aan
het hydraulische systeem te voorkomen.
Onder extreem koude omstandigheden, -18 °C
en lager, dienen machines te worden uitgerust met
optionele koude-startsets. Als u probeert de motor
te starten bij temperaturen onder de -18 °C kan het
gebruik van een hulpaccu nodig zijn.
Bediening vanaf de grond
1 Draai het contactslot naar grondbediening.
2 Trek de rode noodstopknop van zowel de grond-
als de platformbediening uit naar de stand 'aan'.
3 Start de motor.
Platform plaatsen
1 Druk de hef-inschakelknop in en
houd deze ingedrukt.
2 Activeer de functie 'platform op'
of 'platform neer'.
De rij- en stuurfuncties zijn niet beschikbaar vanaf
de grondbediening.
Instelling motortoerental
Selecteer het motortoerental door de
toerentalkeuzeknop in te drukken. Er
zijn twee motortoerentalinstellingen.
·
Indicatielampje uit: laag stationair
·
Indicatielampje aan: hoog stationair
GS-2668 RT • GS-3268 RT
Bedieningshandleiding
Bedieningsinstructies
31