5.
Berichten
In
Berichten
kunt u tekstberichten, multimediaberichten, e-mailberichten, faxberichten en speciale tekstberichten met
gegevens zoals instellingen, bookmarks of webpagina's, opstellen, verzenden, ontvangen, bewerken en indelen. U kunt ook
berichten en gegevens ontvangen via Bluetooth of infrarood, dienstberichten en cell broadcast-berichten ontvangen en
dienstopdrachten verzenden.
Voordat u berichten kunt verzenden of ontvangen:
• De telefoon moet zijn ingeschakeld, voorzien zijn van een geldige SIM-kaart en zich binnen het dekkingsgebied van het
netwerk bevinden. De klep van het apparaat kan open of dicht zijn.
• Het gebruikte netwerk moet faxoproepen, gegevensoproepen en SMS (Short Message Service) ondersteunen als u daarvan
gebruik wilt maken.
• De dienst voor faxoproepen, gegevensoproepen en SMS moet voor uw SIM-kaart zijn geactiveerd.
• De instellingen voor internettoegangspunten moeten gedefinieerd zijn.
• De e-mailinstellingen moeten gedefinieerd zijn.
• De instellingen voor korte berichten moeten gedefinieerd zijn.
• De instellingen voor multimediaberichten moeten gedefinieerd zijn.
Neem contact op met uw serviceprovider, netwerkoperator of internetprovider voor de juiste instellingen.
Tip: Wanneer u de Nokia 9500 Communicator in gebruik neemt, wordt de SIM-kaartprovider mogelijk herkend en
worden de juiste instellingen voor tekstberichten, multimediaberichten en GPRS automatisch geconfigureerd. Wellicht
moet u eerst contact opnemen met uw netwerkoperator om het gebruik van multimediaberichten en GPRS te activeren.
Berichtencentrale
Het beginvenster van Berichten bestaat uit twee delen: links de lijst met mappen en rechts de berichten in de geselecteerde
map. U kunt de Tab-toets gebruiken om van het ene naar het andere deelvenster te gaan.
Het beginvenster van Berichten bevat de volgende mappen:
•
Postvak IN
— bevat alle ontvangen berichten behalve e-mailberichten, SIM-kaartberichten en netwerkberichten. E-
mailberichten worden opgeslagen in de externe postbus.
•
Postvak UIT
— bevat berichten die nog moeten worden verzonden.
•
Concepten
— bevat conceptberichten die nog niet zijn verzonden.
•
Verzonden
— bevat verzonden berichten, met uitzondering van de berichten die via Bluetooth zijn verzonden.
Eventuele externe postbussen die u hebt ingesteld, worden onder aan de lijst met mappen weergegeven.
Berichten intoetsen en lezen
Als u een bericht wilt weergeven, selecteert u het bericht en drukt u op Openen.
Als u een map wilt weergeven in het volledige display, drukt u op
Druk op
Bericht
opstellen. Selecteer het gewenste berichttype en druk op OK.
Als u de afzender en alle geadresseerden van een e-mailbericht wilt beantwoorden, drukt u op Menu en selecteert u
Allen
beantwoorden.
Als u een bericht wilt doorsturen, selecteert u het bericht, drukt u op Menu en selecteert u
mogelijk niet alle berichten doorsturen.
Tip: U kunt met deze methode ook berichten uit de map
Als u een bericht als gelezen of ongelezen wilt markeren, drukt u op Menu, selecteert u
Als gelezen
of
Als
ongelezen.
Druk op Menu en selecteer
Het is mogelijk dat u niet alle typen berichten kunt afdrukken, zoals multimediaberichten of andere speciale berichttypen.
Als u berichten in een bepaalde volgorde wilt sorteren, drukt u op Menu en selecteert u een van de opties in het menu
Sorteren
op.
Copyright © 2004-2005 Nokia. All Rights Reserved.
Zie 'Instellingen e-mailaccount', p. 34.
Ontvangen
> SIM-berichten. SIM-berichten zijn tekstberichten die op de SIM-kaart zijn opgeslagen.
Zie 'Instellen internet', p. 77.
Zie 'Instellingen voor tekstberichten', p. 36.
Zie 'Instellingen multimediaberichtenaccount', p. 38.
Map
openen.
Verzonden
doorsturen.
30
Opstellen
> Doorsturen. U kunt
Opstellen
Markeren
en selecteert u
>
Opstellen
>
Beeld
>