UW NAAIMACHINE LEREN KENNEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Terwijl u met uw rechterhand de draad
5
van de klos vasthoudt, leidt u de draad
naar u toe in de groef van de
draadgeleider.
• Zorg dat de veer in de groef de draad pakt.
1
1 Veer
Voer de bovendraad in volgens
6
onderstaande illustratie.
Let op dat u de draad van rechts naar links
7
door de draadophaalhendel haalt zoals
aangegeven in onderstaande illustratie.
1
1 Draadophaalhendel
Memo
● Als de draadophaalhendel omlaag staat,
kunt u de bovendraad niet om de
draadophaalhendel wikkelen. Zet de naald
omhoog door het handwiel naar u toe te
draaien (tegen de klok in) zodat de
markering op het wiel omhoog staat.
15
1
4
2
5
3
Houd de draad achter de geleider boven
8
de naald.
• U kunt de draad gemakkelijk achter de
draadgeleider op de naaldstang leiden door
de draad in uw linkerhand te houden en de
draad door te voeren met uw rechterhand.
1 Draadgeleider op naaldstang
Rijg de naald van voren naar achteren in,
9
waarbij u een stukje van 5 cm (2 inch)
overlaat.
1
1 5 cm (2 inch)
Opmerking
● Zet de persvoethendel en de
draadophaalhendel omhoog voordat u de
bovendraad invoert.
● Als u de draad niet goed invoert, kan dit
leiden tot problemen bij het naaien.
1