Inhoudsopgave
Advertenties
Functies van de bedieningselementen en beeldschermen
Programmeerdata invoeren
Als u instellingen wilt aanbrengen, gegevens wilt invoeren of
wijzigingen wilt doorvoeren, opent u met de knop "M" het
programmamenu. Door het indrukken van deze knop in het menu
komt u terecht in het bovenliggende menu of verlaat u het
programmamenu.
Programmeerknoppen (pijltjestoetsen)
Met de hiernaast afgebeelde programmeerknoppen (pijltjestoetsen)
navigeert u door het menu, selecteert u de gewenste functies en
voert u de noodzakelijke apparaat- en installatie-specifieke gegevens
in. Met een druk op "OK" wordt een item uit het submenu
geselecteerd en de selectie of de gegevensinvoer bevestigd en
overgenomen.
Weergave van de gekozen instellingen
Indien in een menu slechts één keuze uit meerdere invoeren kan
worden gekozen, dan wordt "*" weergegeven. Bij alle andere
invoeren wordt niets aangegeven. Voorbeeld: Indicator instellen
Indien in een menu meer dan één invoer mogelijk is, wordt voor elke
actieve instelling een "
Indien een getal kan worden ingevoerd, wordt met de pijltjestoetsen
de locatie en met de knop
Een invoer moet altijd met "OK" worden bevestigd om te worden
overgenomen.
Besturingssysteem
Betekenis van de symbolen in het menu
In het menu worden in de eerste regel aan de rechterkant tekens
weergegeven. Dit zijn de functieknoppen die in dit menu kunnen
worden gebruikt.
Pictogram
Betekenis
Knop "M", knop "I": Geeft het huidige menu
M / I
weer (Basisprogramma/Service of informatie)
Pijl naar boven of beneden geeft aan dat er
nog een keuze mogelijk is boven of onder het
op dat moment weergegeven menupunt.
Pijl naar links of rechts geeft aan dat er met de
pijltjestoetsen meer instellingen kunnen worden
bekeken, bijv. de afzonderlijke velden in de
foutenlijst.
Een "plus" geeft aan dat het gekozen
+
menupunt een submenu heeft.
√
" weergegeven, anders een "-".
de waarde veranderd.
27
Advertenties
Inhoudsopgave
