6.7 Kalibratie
Omdat de waarde van de valversnelling niet op elke plek op aarde gelijk is, dient elke
afleesinrichting met een aangesloten weegschaalplateau aangepast te worden -
conform de weegregel voortvloeiende uit regels van natuurkunde - aan de
valversnelling op de plaats van installatie van de weegschaal (enkel indien de
weegschaal niet eerder in fabriek is gejusteerd op de plaats van installatie). Een
dergelijk kalibratieproces dient men uit te voeren bij eerste ingebruikname, na elke
wijziging van locatie van de weegschaal als ook bij temperatuurschommelingen van
de omgeving. Om nauwkeurige meetwaarden te verzekeren wordt het aanbevolen
om de weegschaal ook periodiek in de weegmodus te kalibreren.
•
Voor stabiele omgevingsomstandigheden zorgen. Voor de stabilisatie
de opwarmingstijd verzekeren.
6.7.1 Manuele interne kalibratie nadat de toets wordt gedrukt
In de weegmodus de toets
aanduiding "CAL" verschijnt.
Wanneer het geluid van de motorwerking van het systeem voor interne lading van
het kalibratiegewicht wordt gehoord, is de interne kalibratie gestart.
Na succesvolle kalibratie verschijnt de aanduiding "PASS". De weegschaal wordt
automatisch terug naar de weegmodus omgeschakeld.
EWJ-BA-nl-1615
drukken en zo lang gedrukt houden totdat de
19