Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Vermijd dat er suiker, in vaste of
vloeibare vorm, kunststof en alumi-
niumfolie op hete kookzones terecht-
komen. Deze stoffen smelten en gaan
vastkleven. Ze kunnen bij het afkoelen
scheurtjes of spleten in het oppervlak
veroorzaken. Is dit toch eens gebeurd,
schakel het toestel dan uit. Verwijder de
resten dadelijk met een krabber zolang
de zone nog warm is.
Voorzichtig:
Daar de kookzones heet zijn, kan u zich
daaraan verbranden!
Maak de kookzones verder schoon zo-
dra ze afgekoeld zijn.
Zet in geen geval hete pannen bij
het display voor resterende warmte
noch bij de bediening en het display
voor de warmhoudzone. De elektro-
nische besturing die eronder ligt, kan
schade oplopen.
Maak de voegen tussen de rand-
lijst en het werkblad en tussen de
randlijst en het keramisch kookvlak
nooit met spitse voorwerpen schoon.
Anders beschadigt u de dichtingen.
Schuif de glaskrabber na gebruik
weer dicht. Anders kan u zich
daaraan kwetsen!
14
Kookplaat
Gebruik geen kookplaatdeksels.
Schakelt u een kookplaat in met
het deksel erop, dan kan ze kromtrek-
ken. Er is ook risico dat er zich tussen
de kookplaat en het deksel vocht
verzamelt. Dat kan tot corrosie leiden.
Vermijd dat er zoute spijzen of
vloeistoffen op de kookplatenrand
en op het roestvrijstalen lekblad te-
rechtkomen. Eventueel dient u die eerst
grondig te verwijderen om corrosie te
vermijden.
Zorg ervoor dat de kookplaten niet
te lang nat of vochtig blijven. U kan
ze drogen door ze even in te scha-
kelen.