Opname-opties gebruiken (ingesteld via
sneltoets)
Veelgebruikte functies zijn toegewezen aan IFG (pendelknop).
Door op de knop te drukken kunt u de toegewezen functie direct selecteren.
Sommige items zijn niet beschikbaar in sommige opnamemodi. g "Lijst van
beschikbare instellingen in elke fotografeerstand" (Blz. 108)
Flits
U kunt een flitser gebruiken bij het fotograferen.
1
Verschuif de
flitserschakelaar om de
flitser uit te klappen.
2
Druk op de knop # voor weergave-opties.
3
Selecteer met HI (pendelknop) een flitsmodus en druk op A.
AUTO Autoflitsen
#
!
#
$
• Bij [!] (flitsen met onderdrukken van rode ogen) duurt het na de
inleidende flitsen ongeveer 1 seconde voordat de sluiter ontspant.
Beweeg de camera niet zolang de opname niet is voltooid.
• Het kan voorkomen dat [!] (flitsen met onderdrukken van rode ogen)
onder bepaalde omstandigheden bij het fotograferen niet goed werkt.
De flitser uitschakelen
Duw de flitser weer in de camera.
40 NL
Flitsen met
onderdrukken van
rode ogen
Invulflitsen
Flitser uit
Flitserschakelaar
Bij weinig licht of tegenlicht
ontsteekt de flitser automatisch.
Met deze functie kunt u rode ogen
vermijden.
De flitser ontsteekt altijd, ongeacht
de lichtomstandigheden.
De flitser ontsteekt niet.