Berichten
• Standaardberichten: hiermee kunt u een
standaardbericht aan uw tekst toevoegen.
Selecteer daartoe een van de negen berichten
die u bij de menukeuze Standaardberichten
(Menu 1.4) heeft opgeslagen. Zie pagina 82.
• Bericht opslaan: hiermee kunt u het bericht
desgewenst alleen opslaan en op een later
tijdstip versturen. Het bericht wordt
opgeslagen in Postvak UIT.
3. Wanneer u klaar bent met het ingeven van uw
bericht, selecteert u de optie Verzenden.
4. Geef in het Adresscherm het nummer van de
bestemming in.
Eventueel kunt u het nummer in de telefoonlijst
opzoeken door op de functietoets T.Lijst te
drukken.
Opmerking: Om één teken te wissen drukt u op de
toets C. U kunt alle tekens wissen door
de toets C ingedrukt te houden. Om
terug te gaan naar het vorige scherm
drukt u, terwijl het display leeg is, op de
toets C .
Wilt u het bericht naar meer bestemmingen
sturen (het maximum is 5), druk dan op de
functietoets Toevoeg en herhaal de procedure
vanaf stap 4.
5. Als u alle nummers heeft ingegeven, drukt u op
de functietoets OK.
6. Geef wanneer daarom wordt gevraagd het
nummer van de SMS centrale in en druk op de
functietoets OK.
Het nummer van de SMS centrale kunt u opslaan.
Voor meer informatie, zie pagina 84.
Opmerking: Wanneer uw telefoon het bericht niet
kan verzenden, kunt u dit door op de
functietoets Opnieuw te drukken
nogmaals proberen. Wilt u dit niet, druk
dan op de functietoets Nee en
Opslaan. U kunt het menu verlaten
door op de functietoets Nee te
drukken .
68
Postvak UIT
(Menu 1.1.3)
In dit postvak worden berichten bewaard die
verzonden zijn of nog verzonden moeten worden.
Als u de menukeuze Postvak UIT selecteert, wordt
de berichtenlijst getoond met verzonden en
opgeslagen berichten, met daarbij informatie over:
• Telefoonnummer van de ontvanger of zijn/haar
naam wanneer deze in de telefoonlijst is
opgeslagen.
• Status;
voor een verzonden bericht en
voor een nog te verzenden bericht.
U kunt een bericht inzien door er naartoe te
bladeren en op de functietoets Kies te drukken. In
het display ziet u de volgende informatie:
• Status;
voor een verzonden bericht en
voor een nog te verzenden bericht;
• Het geheugen waarin het bericht is opgeslagen:
voor de SIM-kaart en
telefoongeheugen;
• De inhoud van het bericht.
Met de stuurtoets Links of Rechts kunt u naar het
volgende of vorige bericht bladeren.
Met de stuurtoets Omhoog of Omlaag kunt u door
de tekst van het bericht bladeren.
Wanneer u op de functietoets Opties drukt, kunt u
kiezen uit de volgende mogelijkheden:
Wissen: hiermee kunt u het bericht wissen.
Tel.nummer: hiermee kunt u een bericht naar het
telefoonnummer sturen of het nummer in de
telefoonlijst opslaan.
Verzenden: hiermee kunt u het bericht naar
iemand anders sturen.
Wijzigen: hiermee kunt u het bericht aanpassen.
Verzenden: hiermee kunt u het bericht
overbrengen van SIM-kaart geheugen naar
telefoongeheugen of andersom.
Berichten
voor het
69