Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Reinigen Warmtewisselaar; Luchttoevoer En Rookgasafvoer; Inspectie Warmtepomp; Algehele Visuele Inspectie - Itho Daalderop HP Cube Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

9.2.4. Reinigen warmtewisselaar.

a) Inspecteer de warmtewisselaar vanuit de bovenkant van het
toestel.
b) Reinig de warmtewisselaar alleen bij ernstige vervuiling. Om de
reiniging veilig uit te voeren moet men gebruik maken van
water.
c) Monteer het uitlaatgietstuk (zonder verdringers) en het sifon.
d) Reinig de ribben van de warmtewisselaar uitsluitend met een
(*)
borstel
in combinatie met het toevoegen van water
(verneveling via een slangspuitstuk of handmatige waterspuit).
Hierdoor worden eventuele aanwezige stofdeeltjes via de
condensafvoer weggespoeld.
e) Spoel na reiniging de wisselaar, uitlaatgietsuk en het sifon goed
door.
f)
Verwijder het sifon en uitlaatgietstuk.
g) Plaats de aluminium en keramische verdringers in de
warmtewisselaar en monteer het uitlaatgietstuk
h) Vul het sifon met water en plaats deze terug.
*) Itho Daalderop heeft een speciale borstel voor het reinigen van de
warmtewisselaar.

9.2.5. Luchttoevoer en rookgasafvoer

Indien nodig reinigen.
132

9.3. Inspectie warmtepomp

De HP(Cool)Cube warmtepomp behoeft in de regel weinig
onderhoud. Een periodieke inspectie tegelijkertijd met het keteldeel
is in de regel voldoende.
Het systeem is zodanig ontworpen dat het bij gebreken
foutmeldingen geeft.
Opmerking
Afhankelijk van de omstandigheden vervuilt het toestel in de
loop van de tijd. Overmatige vervuiling kan de werking en het
rendement van het toestel nadelig beïnvloeden.

9.3.1. Algehele visuele inspectie

Controleer alle componenten, leidingen en koppelingen op
slijtageverschijnselen, waterlekkage of corrosieverschijnselen.
Bij waterlekkage de oorzaak direct verhelpen.
Inspecteer de binnenzijde van het toestel visueel op vervuiling. Een
lichte mate van vervuiling heeft geen invloed op de werking of het
rendement van het toestel. Overmatige vervuiling kan de werking
van het toestel nadelig beïnvloeden.

9.3.2. Controle luchtdebiet

Om het rendement te kunnen waarborgen dient tijdens de
periodieke inspectie het luchtdebiet te worden gecontroleerd. Deze
controle dient te worden uitgevoerd boven de afblaas van de
warmtepomp met een geschikte debietmeter.
a) Maak een gat in het afblaas kanaal van de warmtepomp, bij
voorkeur in een recht, ongebogen stuk.
b) Breng de voeler van de debietmeter door het gat naar binnen en
meet op minimaal 5 verschillende punten.
Bij een diameter van 200 mm van het afblaaskanaal dient u een
debiet te meten van gemiddeld 5m
2
2
[0.25 x š x d
= m
x meting x 3600 = m
= diameter van het afblaas kanaal).
Indien u een debiet meet van beduidend minder dan 5m2/s
dient u:
- de ventilatorstand te verhogen.
- of het luchtkanalenstelsel te controleren.
c) Na het meten dient u het gat in de slag luchtdicht af te sluiten
met tape.
2
/s of meer.
3
/h] (Waarbij š= 3,141; d

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Base cube

Inhoudsopgave