10.
ONDERHOUD
10.1.
Onderhoudsschema
Tijdpad
Voor elke ingebruikname
Na elke ingebruikname
Na eerste 20 werkuren
(nieuw of gerepareerd)
elke 100 werkuren
Controlepunt/ Smeerpunt
- Controleer op loszittende
bouten / moeren.
- Aanwezigheid en leesbaarheid
van de veiligheidsstickers.
- Reinig de machine.
- Smeer de rotor en rollagers.
- Smeer de rotor en rollagers.
- Controleer bouten en moeren.
- Smeer de rotor en rollagers.
- Controleer bouten en moeren.
Methode
- Draai de loszittende bouten/moeren
vast met het juiste moment.
- Vervang deze indien niet
aanwezig/beschadigd.
- Pas op voor de lagers indien er gebruik
wordt gemaakt van een hogedrukspuit.
- 1 shot EP2
- 1 shot EP2
- Draai de loszittende bouten/moeren
vast met het juiste moment.
- 1 shot EP2
- Draai de loszittende bouten/moeren
vast met het juiste moment.
16