Scherm
Instelling
Zone verwijderen
P015
Geluid
P016
(Standaard = On)
Mobiel comm
systeem
P017
(Standaard = OFF)
Statistieken
P018
(Standaard = OFF)
Bluetooth
koppelen op
P019
afstand
Gebeurtenis bij
P020
laatste beëindiging
Programma aan/uit
P021
(Standaard = ON)
Subzone
P022
toevoegen
Update afstand
P023
naar subzone
Slim maaien
P024
(Standaard = OFF)
38
• Maakt de verwijdering van een aparte zone of een subzone mogelijk.
• Kies de zone die u wilt verwijderen en druk op OK.
• Gebruik de optie Geluid om alle geluiden die niet aan veiligheid
verbonden zijn uit te schakelen.
• Maakt communicatie op afstand met de maaimachine mogelijk met
behulp van de GSM-module accessoire, die afzonderlijk aangeschaft
kan worden.
• Voor meer informatie zie sectie 12 – Accessoires.
• Dit menu wordt alleen weergegeven als P018 ingesteld is op "On".
• Maak het mogelijk de werkingsstatistieken van de maaimachine naar
de fabrikant te sturen voor onderzoek in het geval van problemen.
• Maakt het koppelingsproces mogelijk tussen uw de Robomow en een
als accessoire verkrijgbare Bluetooth afstandsbediening (zie sectie 12
Accessoires).
• Opent de speciale weergave Gedrag (een onderhoudscentrum kan
deze weergave nodig hebben)
• Dit menu activeert of deactiveert (pauzeert) de automatische werking
in de basiszone ("L1") of een van de subzones ("A1/ A2/ A3/ A4") of
voor het volledige gazon ("Alle zones").
• Dit menu is alleen relevant als Automatische werking op het
controlepaneel ingeschakeld is (zie hoofdstuk 7.3)
• Als Programma uitgeschakeld is voor een gegeven zone, zal de
maaier die zone overslaan maar alle andere zones blijven maaien.
• Let op! Let op! Als Programma voor ten minste één zone ingeschakeld
is, zal de maaier bij het begin van elke maaicyclus de rand van het
volledige gazon maaien, zoals beschreven in Sectie 6.1.
• Maakt de toevoeging van een subzone mogelijk. Het maximale aantal
subzones kan verschillen volgens het Robomow-model.
• A1/A2/A3/A4 (naam van de eerste beschikbare subzone) wordt
weergegeven – druk op OK.
• Als de maaier zich niet in het basisstation bevindt, wordt "U044"
("Place the mower in the Base Station" – Maaier in basisstation
plaatsen) weergegeven. Plaats de maaimachine in het basisstation
en druk op OK.
• De maaier zal naar de subzone rijden.
• Schuif om de oppervlakte van de subzone in te stellen en druk op OK.
• Let op! Dit proces maakt geen deel uit van de eenmalige configuratie
(zie sectie 5.2)
• De instelling van de oppervlakte van een subzone kan later worden
aangepast op het menu "Gebied" van de basisinstellingen (zie sectie
6.4.1)
• U kunt de afstand naar de ingang van de subzone later aanpassen via
het menu P023
• Dit menu wordt alleen getoond als u een subzone hebt gedefinieerd.
• U kunt er de afstand naar de ingang van de subzone mee aanpassen.
• Schuif naar de gewenste subzone (A1/A2/A3/A4) en druk op OK om
de afstand naar de ingang aan te passen.
• SmartMow maait efficiënter, dankzij vloeiende, doorlopende bochten
bij de rand van het gazon.
• Als voor een gegeven zone voor het eerst ingeschakeld wordt, kan het
nodig zijn dat de maaier het gazon oversteekt en de perimeterdraad
verscheidene keren "aanraakt" (om het algoritme te kalibreren) voor
hij vloeiende bochten aan de rand van het gazon maakt.
• Als u meer dan een zone definieert, kunt u deze functie voor een
gegeven zone of voor het volledige gazon ("Alle zones") uitschakelen.
• Let op! Deze functies is mogelijk niet op alle gazons of alle delen
van een gegeven gazon efficiënt, vooral als de zone klein is of smalle
delen, grote eilanden of hellingen omvat.
Beschrijving
Opties
L2/L3
A1/A2/A3/
A4
On/OFF
On/OFF
On/OFF
ALL
L1
A1/A2/A3/
A4
On/OFF
A1/A2/A3/
A4
100
ALL
L1/L2/L3
A1/A2/A3/
A4
On/OFF