Adressen en gebruikers registreren voor de fax- en scannerfunctie
Wanneer u bijvoorbeeld de be-
stemming onder het verkorte
kiesnummer 12 van het door-
zendstation wilt selecteren,
voert u {1}{2} in.
Groepskiesnummers
A Druk op [qppGroepkiesnr.].
B Voer het groepsnummer in met
de cijfertoetsen.
Wanneer u bijvoorbeeld de be-
stemmingen wilt selecteren die
zijn opgeslagen in Groep 04 van
het doorzendstation, voert u
{0}{4} in.
C Als u een extra doorzendsta-
5
tion wilt opgeven, drukt u op
[Toevoegen].
O
Wanneer u alle ontvangststations
heeft opgegeven, drukt u op [OK].
P
Druk op [Afsluiten].
Q
Druk op de toets {Gebruikersinstel-
lingen/Teller}.
Een geregistreerd
doorzendstation/
ontvangststation wijzigen
A
Druk op de toets {Gebruikersinstel-
lingen/Teller}.
B
Druk op [Systeeminstellingen].
C
Druk op [Beheerdertoepas.] en druk
vervolgens op [TVolg.].
D
Druk op [Adresboek: Programmeer/
Verander/Verwijder verzendopdracht.].
E
Selecteer de naam waarvoor u het
doorzendstation/ontvangststa-
tion wilt wijzigen.
116
Druk op de naamtoets of voer het
geregistreerde nummer in met de
cijfertoetsen.
Opmerking
❒ Als u op
drukt, kunt u zoeken
aan de hand van de groepsnaam,
het faxnummer, het e-mailadres
of de IP-Fax-bestemming.
❒ Zie Pag.75 "Een geregistreerde
naam wijzigen" voor informatie
over het wijzigen van de naam,
de toetsweergave en de titel.
Opmerking
❒ Als u op
drukt, kunt u zoeken
aan de hand van de naam van
de verzendopdracht, het fax-
nummer of het e-mailadres.
F
Typ de items.
De naam van de
verzendopdracht en de
gebruikersnaamdisplay wijzigen
A Druk op [Wijzigen] onder Naam
verzendopdracht of Gebrui-
kersnaamdisplay.
B Voer de nieuwe naam van de
verzendopdracht of de nieuwe
gebruikersnaamdisplay in en
druk vervolgens op [OK].
De titel wijzigen
A Druk op de titeltoets onder Se-
lecteer een titel.
Het faxstation wijzigen
A Druk op [Faxbestemming].
Als u berichten per e-mail ver-
stuurt, gaat u verder met stap A
in "Het doorzendstation voor
e-mail wijzigen".