Werkingsprincipes
Pulsoxymetrie is een non-invasieve methode die rood en infrarood licht door perfusieweefsel stuurt en de door de pulsen van
slagaderlijk bloed veroorzaakte fluctuerende signalen waarneemt. Bloed met een hoog zuurstofgehalte is helderrood; bloed
met een laag zuurstofgehalte is donkerrood. De pulsoxymeter bepaalt de functionele zuurstofverzadiging van slagaderlijke
hemoglobine (SpO
meten terwijl het bloedvolume met elke hartslag fluctueert.
Specificaties
Weergegeven zuurstofverzadigingsbereik:
Weergegeven pulsfrequentiebereik:
Vastgestelde nauwkeurigheid:
In de onderstaande tabellen ziet u de A
omstandigheden zonder beweging.
NB: Als uw nationale regelgevende instantie nauwkeurigheid bij beweging erkent, stuur dan een e-mail naar regulatory@nonin.com
om nauwkeurigheidsgegevens aan te vragen.
Nauwkeurigheidssamenvatting per tiental –
vinger en duim
Tiental
70 – 80%
80 – 90%
90 – 100%
70 – 100%
Deze grafiek geeft de fout (SpO
9590 weer op basis van lineaire regressie en bij een
bovenste overeenstemmingsgrens van 95% en een
onderste overeenstemmingsgrens van 95%. Elke
monsterdatapunt geldt voor een persoon van een klinisch
onderzoek zonder beweging.
Nauwkeurigheid van SpO
2
Vastgesteld nauwkeurigheidsbereik van polsfrequentie (A
Vastgesteld nauwkeurigheidsbereik van polsfrequentie bij lage
perfusie (A
*):
rms
Gemeten golflengten en uitgangsvermogen**:
Rood:
Infrarood:
*± 1 A
geldt voor circa 68% van de meetwaarden zonder vertekening.
rms
**Deze informatie is met name nuttig voor artsen die fotodynamische therapie toepassen.
) aan de hand van dit kleurverschil, door de verhouding tussen geabsorbeerd rood en infrarood licht te
2
-waarden die werden gemeten met de Onyx Vantage 9590 in een klinisch onderzoek onder
rms
Zuurstofverzadiging (A
)
rms
±2
±2
±2
±2
– SaO
) per SaO
van de
2
2
2
bij lage perfusie (A
*):
rms
0% tot 100% SpO
2
18 tot 321 slagen per minuut (bpm)
Overzicht van nauwkeurigheid per tiental – teen
Tiental
70 – 80%
80 – 90%
90 – 100%
70 – 100%
Deze grafiek geeft de fout (SpO
9590 weer op basis van lineaire regressie en bij een bovenste
overeenstemmingsgrens van 95% en een onderste
overeenstemmingsgrens van 95%. Elke monsterdatapunt
geldt voor een persoon van een klinisch onderzoek bij niet-
bewegende tenen.
70% tot 100% ± 2 cijfers
*): 20 tot 250 slagen/min ± 3 cijfers
rms
40 tot 240 slagen/min ± 3 cijfers
gemiddeld maximaal 660 nanometer bij 0,8 mW
gemiddeld maximaal 910 nanometer bij 1,2 mW
Zuurstofverzadiging (A
)
rms
±2
±3
±3
±3
– SaO
) per SaO
van de
2
2
2
5