Indien deze beide aantallen niet overeenkomen, controleer dan zowel de instellingen van het laadappa-
raat als de accu. Het kan zijn dat de accu diepontladen is of dat een cel defect is. Dergelijke accu's moet
u niet opladen aangezien hierbij brand- en explosiegevaar bestaat!
Met de toets "BATT. TYPE/STOP" komt u weer terug in het vorige instelmenu.
• Als beide cellenaantallen overeenstemmen, drukt u kort op de toets "START/ENTER".
• Het opladen begint. Op het scherm verschijnt er diverse informatie over de
actuele vooruitgang van het laden.
Voorbeeld:
Linksboven wordt het accutype en het cellenaantal aangegeven (bijv. "LP3s" = LiPo-accu met 3 cellen), boven in
het midden de laadstroom en rechtsboven de huidige accuspanning.
Linksonder staat het actuele accuprogramma ("CHG" = "CHARGE"), in het midden de verstreken laadduur en
rechts daarnaast de opgeladen capaciteit in mAh.
Tijdens het laad-/ontlaadproces kunt u door meerdere keren op de toets "DEC" te drukken, diverse gegevens
op het scherm weergeven (zie hoofdstuk 18). Als er gedurende enkele seconden op geen enkele toets wordt
gedrukt, keert het laadapparaat terug naar de normale weergave.
• Nadat het opladen is voltooid, weerklinkt een geluidssignaal (mits deze optie niet werd uitgeschakeld).
Indien u het laadproces wilt stoppen, drukt u op de toets "BATT. TYPE/STOP".
c) Accu met Balancer-aansluiting opladen ("BALANCE")
In tegenstelling tot het eenvoudige accuprogramma "CHARGE" (zie hoofd-
stuk 11. b)) wordt bij het accuprogramma "BALANCE" de spanning van elke
afzonderlijke cel van een meercellig lithium-accu bewaakt en bij afwijkingen
overeenkomstig gecorrigeerd.
Naast de normale twee accuaansluitingen (plus/+ en min/-) moet bovendien ook de balancer-aansluiting van de
accu op het laadapparaat worden aangesloten.
Let bij de aansluiting van de balancerstekker van de accu aan het laadapparaat op de correcte polariteit. In regel is
de minpool van de balanceraansluiting van een zwarte kabel voorzien of speciaal gemarkeerd. Deze zijde van de
balancerstekker moet in de richting "-" van de balancerbus van het laadapparaat wijzen en natuurlijk ook op deze
aansluitstift worden gestoken.
Als u zelfgeconfectioneerde accu's gebruikt, moet de balancerstekker correct zijn geconfigureerd.
De zwarte/gemarkeerde kabel is de minpool van de eerste cel. De volgende aansluitpen is de pluspool van
de eerste cel. De volgende aansluitpen is de pluspool van de tweede, derde, vierde, vijfde en zesde cel
(naargelang het aantal cellen).
De laatste aansluitpin van de balancerstekker van de accu is ook de pluspool van de laatste cel. Zo kan
tussen de buitenste beide pins van de balancerstekker dezelfde spanning worden gemeten als aan beide
accuaansluitingen zelf.
Het vervolg van deze laadprocedure wordt in hoofdstuk 11. b) beschreven.
LP3s 1.2A 12.32V
CHG 022:43 00682
LiPo BALANCE
2.0A
7.4V(2S)
23