Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Ac-Bekabeling; Ac-Randaarde; Netwerkbekabeling (Czone/Masterbus) - Mastervolt CHARGEMASTER PLUS 12/75-3 Gebruikers- En Installatiehandleiding

Alles-in-één acculader
Verberg thumbnails Zie ook voor CHARGEMASTER PLUS 12/75-3:
Inhoudsopgave

Advertenties

8
ChargeMaster Plus 12/75-3, 12/100-3, 24/40-3, 24/60-3 – Gebruikers- en installatiehandleiding
worden opgenomen. Sluit de pluskabel aan op de
plusaansluiting van de accubank.
De aanbevolen DC-zekeringen voor uitgangen DC 1, DC 2
en DC 3 IN/OUT zijn:
Model
DC-
zekering
12/75-3
85 A
12/100-3
125 A
De zekering met zekeringhouder is verkrijgbaar bij uw
Mastervolt dealer.
3.3.2

AC-bekabeling

WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de ChargeMaster Plus zich
in een goed geventileerde ruimte bevindt,
want er kunnen vonken optreden.
Voor een veilige installatie dient u de juiste draaddoorsnede
toe te passen. Gebruik geen aderdoorsnede die kleiner is
dan aangegeven. Zie onderstaande tabel om de juiste
draaddoorsnede
voor
de
(maximaal 6 m/20 ft lang):
Minimale aderdoorsnede:
AC-stroom
in mm²
6-12 A
1,5 mm²
12-20 A
2,5 mm²
20-32 A
4,0 mm²
Aansluiting
van
AC-bekabeling
draadkleuren:
240 VAC, installaties van 50/60 Hz:
Draadkleur
Betekenis
Bruin of
zwart
Fase
Blauw
Nul
Groen/geel
Aarde
120 VAC, installaties van 50/60 Hz (enkele fase):
Draadkleur
Betekenis
Zwart
Fase
Wit
Nul
Groen
Aarde
240 VAC, 50/60 Hz (split-phase 120/240 VAC):
Draadkleur
Betekenis
Zwart
Fase
Rood
Fase
Groen
Aarde
Opmerking: In de AC-bekabeling moet een toegankelijke
loskoppelinrichting
schakelaar
worden
ingebouwd,
bekabelingsvoorschriften.
Model
DC-
zekering
24/40-3
50 A
24/60-3
80 A
AC-bekabeling
te
kiezen
AWG
AWG14
AWG12
AWG10
en
aanbevolen
Aansluiten op:
L1
N
PE/GND
Aansluiten op:
L1
N
PE/GND
Aansluiten op:
L1
L2
PE/GND
(bijvoorbeeld
of
een
zekeringautomaat)
overeenkomstig
3.3.3

AC-randaarde

3.3.4

Netwerkbekabeling (CZone/MasterBus)

De ChargeMaster Plus kan op een CZone- of MasterBus-
netwerk worden aangesloten. Gebruik een RJ45-dropkabel
CZone/MB of MasterBus-kabel om de ChargeMaster Plus
door te lussen naar de andere apparaten, zodat ze samen
een lokaal gegevensnetwerk vormen. Beide netwerken
moeten aan beide uiteinden van het netwerk voorzien zijn
van een terminator. Maak geen ringnetwerken of T-
verbindingen.
CZone-netwerk
Aandachtspunten:
˗
Op één backbone kunnen maximaal 40 apparaten
worden aangesloten.
˗
Verzeker u ervan dat het CZone-netwerk twee
afsluitweerstanden heeft, één aan elk open uiteinde
van de backbone.
˗
Het voor het netwerk benodigde elektrisch vermogen
wordt geleverd door een accu of stroomvoorziening.
Verzeker u ervan dat die voldoende vermogen levert
en zo dicht mogelijk bij het midden van de backbone is
geplaatst om spanningsval te beperken.
MasterBus-netwerk
Aandachtspunten:
˗
Verbindingen tussen de apparaten maakt u met behulp
van standaard MasterBus-kabels (straight UTP). ASG
kan die kabels leveren.
˗
Er kunnen maximaal 63 MasterBus-apparaten op
elkaar worden aangesloten.
˗
Het voor het netwerk benodigde elektrisch vermogen
wordt geleverd door de aangesloten apparaten.
Daarbij wordt de volgende regel gevolgd: één voedend
apparaat/drie niet-voedende apparaten. Verspreid de
een
voedende apparaten over het netwerk.
Neem voor meer informatie over netwerken contact op met
de
uw Mastervolt dealer.
WAARSCHUWING!
De aardingsdraad biedt alleen bescherming
als de behuizing van de ChargeMaster Plus
met de randaarde is verbonden. Verbind de
aardingsaansluiting (PE/GND) met de romp of
het chassis.
VOORZICHTIG!
Volgens de plaatselijke voorschriften moet
een RCD/zekeringautomaat (ook wel GFCI
genoemd) worden opgenomen in het AC-
ingangscircuit van de ChargeMaster Plus.
Voor Australië en Nieuw-Zeeland zijn de
bekabelingsvoorschriften in overeenstemming
met AS/NZS 3000.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave