Inhoudsopgave
Advertenties
8
Storingen en het verhelpen van storingen
Storing/bijzonderheid
Onvoldoende spoeling tijdens
de kleuringsprocessen met
mogelijk inconsistente
kleuringsresultaten.
Reagensbakken zijn vervormd.
Inconsistente kleuringsresultaten De tolerantie van een
Afwijkende kleuringsresultaten
128
Oorzaak
Waterdruk te laag in het
toevoerende waterafvoersysteem
van het laboratorium resp.
dagelijkse schommelingen.
Gebruik van niet-goedgekeurde
reagentia (bv. fenol in
Ziehl-Neelson-kleuring of
Gram-kleuring).
Verkeerd toegepaste
reinigingsprocedure.
programmastap voor
kleuringsreagentia is niet correct
gedefinieerd.
De procesklassen
(deparaffinering, kleuring, etc.)
voor reagentia zijn niet correct
toegewezen. Daarom is wellicht
de badlayout niet optimaal
uitgevoerd.
Reagentia die slechts in één
programma moeten worden
gebruikt, worden nog door
andere programma's gebruikt.
Het reagens is verontreinigd,
Exclusief
omdat het niet als
geprogrammeerd.
Oplossing
Er moet worden voldaan aan de
opgegeven minimumeisen voor
de waterdruk
(→ Blz. 20 – 3.2
Specificaties)
(ook voor mogelijke
dagelijkse afwijkingen op
bepaalde tijdstippen).
Controle van de gebruikte
reagentia aan de hand van de
lijst met goedgekeurde reagentia
(→ Blz. 161 – A1. Bijlage 1 -
Geschikte
reagentia).
Volg de reinigingsinstructies
bij
(→ Blz. 116 – 7.10
Reagensbakken en
spoelwaterbakken)
Controleren van de
kleuringsprogramma's en
reagentia.
Voor de meeste korte
programmastappen moet de
kleuringsstap exact worden
uitgevoerd. De tolerantie voor
het reagens moet op 0 % worden
ingesteld.
Controle en correctie van de
toegewezen reagensklassen
(→ Blz. 58 – Nieuw reagens
aanmaken of een reagens
kopiëren).
Controleren en corrigeren van
de programmering van de
betreffende reagentia.
is
Versie 2.1, Revisie U
op.
Advertenties
Inhoudsopgave
