Basis handelingen
• Indien de flitser gedurende de flitswachttijd niet binnen ca. 1 minuut ont-
stoken wordt, of wanneer u een willekeurige toets indrukt, anders dan de
meettoets, gedurende deze wachttijd, dan zal het symbool voor NON
CORD stoppen met knipperen en continu oplichten. Als de flitser dan als-
nog wordt ontstoken, zal de meter geen uitslag geven. Om weer in de
wachtstand voor de flitser te komen moet u opnieuw de meettoets indrukken.
In de NON CORD functie bestaat er een geringe kans dat (tijdens het wach-
ten op de flits) een meting wordt verricht op een andere lichtbron dan de flit-
ser, zoals op fluorescent licht bijvoorbeeld. Daardoor ontstaat een onjuiste
meetuitslag.
Om dit risico uit te sluiten kunt u in dat soort situaties het beste meten in de
CORD instelling en gebruik maken van een synchronisatiekabel.
Ontsteek de flitser handmatig op de wijze die wordt aangegeven in de
handleiding van de flitser.
Indien u de sluitertijd verandert, nadat u reeds de flitsmeting heeft ver-
richt, passen de FNo aanduiding en de analyse schaal zich automatisch aan.
34
Display voorbeelden
Het diafragma dat correspondeert
met de sluitertijd, ingesteld in stap 3,
wordt zowel in de digitale display als
op de analoge schaal weergegeven.
Voorbeeld: De display toont een dia-
fragmawaarde van f/8.0 + 0.9 stop.
Als de meting buiten het bereik van
de display van de meter valt, dan
wordt de f-stop (diafragmawaarde)
niet weergegeven. Daarvoor in de
plaats knipperen de aanduidingen
FNo en
(over) of
(onder) als in-
dicatie dat de meting buiten het be-
reik valt. De aanduiding of , ge-
plaatst aan de uiteinden van de
analoge schaal, zal oplichten.
Basis handelingen
Valt de meting buiten het meetbe-
reik van deze meter, dan verschijnt
een 'E' (Error) in de digitale display,
en de aanduiding
(over) of
(on-
der) zal knipperen als waarschuwing
dat de meting buiten het meetbereik
van de meter valt.
35