Ontvangen documenten afdrukken
Lademode en Gebruikersmode
Pagina 5-4
Het apparaat kan ontvangen documenten afdrukken op papier van
hetzelfde formaat als dat van de originelen van de externe terminal.
Indien echter het papier van het betreffende formaat niet geplaatst is of
indien de toepassing Papierformaat ontv. is geactiveerd, kan het
voorkomen dat de documenten op papier van een ander formaat
worden afgedrukt. Het origineelbeeld kan worden verkleind,
gedeeltelijk verloren gaan of over twee pagina's worden verdeeld,
afhankelijk van de geprogrammeerde instellingen.
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u ontvangen documenten afdrukt.
De toepassing Papierformaat ontv. gebruiken om het gebruik van vaste
papierformaten voor het afdrukken van faxen op te geven.
Deze toepassing heeft twee modes: Lademode en Gebruikersmode.
VOOR MEER INFORMATIE: "Gebruikersopties voor
Keuzevoorinstellingen" op pagina 8-1 raadplegen voor de toepassing
Papierformaat ontv.
Lademode
Ø
Alle papiersoorten in de laden kunnen worden gebruikt voor het
afdrukken. Het apparaat reproduceert documenten zonder
beeldverlies met een papierformaat dat het meest lijkt op dat van het
origineel. Indien het ontvangstapparaat alleen over papier beschikt dat
kleiner is dan de documenten die worden verzonden, wordt het
verzendingsapparaat daarvan op de hoogte gebracht. Het
verzendingsapparaat verzendt dan beelden die zodanig zijn verkleind
dat deze passen op het papier in het ontvangstapparaat. Indien het
papier op raakt terwijl de documenten worden afgedrukt, worden deze
opgeslagen in het geheugen.
Indien het ontvangstapparaat alleen over papier beschikt dat kleiner is
dan de documenten die worden verzonden, of indien het papier op
raakt terwijl de documenten worden afgedrukt, hangt het van de
handelingen van de afzender af hoe de ontvangen documenten
worden verwerkt.
OPMERKING: De in de fabriek geselecteerde standaardinstelling is
Lademode.
Gebruikersmode
Ø
Het formaat van het papier waarop het ontvangen document wordt
afgedrukt wordt opgegeven. U kunt meer dan één papierformaat
opgeven.
Indien hetzelfde formaat papier als van het document in een papierlade
aanwezig is, reproduceert het apparaat beelden op ware grootte op het
papier. Indien niet hetzelfde formaat papier als van het document wordt
opgegeven, reproduceert het apparaat beelden op ware grootte zonder
beeldverlies op papier van een groter formaat dat is opgegeven en
geplaatst. Indien het papier op raakt terwijl de documenten worden
afgedrukt, worden deze opgeslagen in het geheugen.
XEROX WorkCentre Pro 423/428 Fax - Handleiding voor de gebruiker