Opmerking: U kunt alleen de zones overbruggen die door de installateur
zijn voorzien van het attribuut Overbrugbaar.
Zones overbruggen:
1.
Selecteer Overbrug zones. De onderste regel toont de eerste zone die
u kunt overbruggen:
OVERBRUG ZONES
Zone 001
Er staat een "O" aan het einde van de regel als de zone is Overbrugd.
Er staat een "I" als de zone in de beveiliging is opgenomen.
Druk op of om de zone weer te geven die u wilt overbruggen, en
2.
dan op om deze voor overbruggen te markeren. Druk opnieuw op
als u een fout heeft gemaakt en de zone in de beveiligde zone wilt
opnemen.
Herhaal deze stap voor alle andere zones die u wilt overbruggen
(of wilt opnemen).
Druk op om de wijzigingen op te slaan.
3.
Gebruikers beheren
Het selecteren van Gebruikers in het hoofdmenu heeft twee functies,
afhankelijk van uw gebruikerstype (zie pagina 5):
a)
Als u een normale gebruiker bent, kunt u de Gebruikers optie
gebruiken om:
Uw toegangscode te wijzigen.
De tag, afstandsbediening of draadloze overvalalarm (PA)
zender te wijzigen.
De eigen toegangscode tot de SecureConnect-app te wijzigen.
Deze taken worden beschreven in de volgende paragraaf.
b)
Als u een hoofdgebruiker bent, toont de Gebruikers optie extra opties
waarmee u:
Nieuwe gebruikers aan het systeem kunt toevoegen, alsmede de
tag, afstandsbediening en PA-zender die aan elke gebruiker zijn
toegewezen (Gebruikers – Toev. gebrs.). Zie pagina 26.
Gebruikersgegevens bewerken (Gebruikers – Wijz. gebrs.).
Zie pagina 28.
Gebruikers verwijderen (Gebruikers – Verwijder gebr.).
Zie pagina 29.
Gebruikersmenu-opties
I
Pagina 25