3.2
bedieninGsfuncties
Zie ook "2.4. Belansrijkste onderdelen van het apparaat" en "3.4. Het lassen zelf".
1.
Machine is aan indien de lamp brandt, (VRD: 'VRD safe ON')
2.
Lasproces keuzeschakelaar
3.
Stroomsterkteregeling
4.
Signaallamp bij oververhitting
5.
Elektrode; referentiewaarden voor lasstroom.
2
1
4
5
hoofdschakelaar en signaallamp
Wanneer u de hoofdschakelaar in positie I zet, gaat een signaallamp branden
NL
en is het apparaat klaar voor gebruik. De signaallamp brandt altijd wanneer het
apparaat op de netspanning is aangesloten en wanneer de hoofdschakelaar in
positie I staat.
LET OP!
hoofdschakelaar; gebruik nooit de stekker als schakelaar!
lamp brand vrd beveiliging aan (1)
De machines is uitgerust van 0 volt circuit. De lamp brandt indien het circuit is
geactiveerd en de machine aan staat.
8
Schakel de machine altijd aan en uit door middel van de
3