Download Print deze pagina

WILLBRANDT 40 Plannings-, Montage- En Onderhoudsinstructies pagina 13

Rubbercompensatoren met draaibare of vaste flenzen

Advertenties

Gegevensblad
WILLBRANDT Plannings-, montage- en onderhoudsinstructies voor
rubbercompensatoren met draaibare of vaste flenzen
13. Aanvullende inbouw- en montagevoor-
schriften voor type 60-WRG
De rubber-metaalbuisverbinder van het type 60 WRG moeten
spanningsvrij gemonteerd worden.
Het inbouwgat moet 70 mm bedragen.
De buisverbinder mag niet onder spanning staan of met torsie of
hoekverdraaiing belast worden.
Extra afdichtingen zijn niet nodig.
Er mogen alleen zeskantbouten volgens ISO 4017 met een sluitring
gebruikt worden (let op de boutlengte - zie tabel hieronder)
Het aanhaalmoment voor de bouten bedraagt 30 Nm
Alle overige inbouwpunten volgens onze hoofdmontagehandleiding.
Boutmaat voor
Flenzen PN 6
DN 20
4 x M10 x 25
DN 25
4 x M10 x 25
DN 32
4 x M12 x 30
DN 40
4 x M12 x 30
DN 50
4 x M12 x 30
DN 65
4 x M12 x 30
DN 80
4 x M16 x 35
DN 100
4 x M16 x 35
DN 125
8 x M16 x 35
DN 150
8 x M16 x 35
DN 200
-
WILLBRANDT KG | Schnackenburgallee 180 | 22525 Hamburg | Duitsland
Telefoon +49 40 540093-0 | Fax +49 40 540093-47 | info@willbrandt.de | www.willbrandt.de
Pagina 13
Flenzen PN 10
4 x M12 x 30
4 x M12 x 30
4 x M16 x 30
4 x M16 x 30
4 x M16 x 30
4 x M16 x 30
8 x M16 x 35
8 x M16 x 35
8 x M16 x 40
8 x M20 x 40
8 x M20 x 45
14. Aanvullende inbouw- en montagevoor-
schriften voor type 61
De montage van het type 61 vindt plaats in het kader van de
buisleidingmontage. Het inbouwen van grotere nominale breedtes
in een bouwgat is moeilijk.
De buisuiteinden moeten lang genoeg zijn om aan beide kanten
het begin van de schacht te bereiken.
Alleen brede GBS-klemmen (min. 20 x 1 mm) gebruiken om de
compensator vast te zetten.
Bij een werkdruk tot 2 bar is één klem per kant voldoende. Boven
de 2 bar raden wij het gebruik van twee klemmen aan.
Alle overige inbouwpunten volgens onze hoofdmontagehandleiding.
15. Aanvullende inbouw- en montagevoor-
schriften voor type 64
De montage van de compensator mag niet beginnen voordat alle
werkzaamheden aan de buisleidingen en de flenzen voltooid zijn en
alle verankeringen en steunen gemonteerd zijn. Hierdoor wordt
beschadiging van de compensator door lasvonken, voorwerpen met
scherpe randen enz. voorkomen.
Aangezien de compensatoren van het type 64 gemaakt zijn van zeer
flexibele materialen, hangt de duurzaamheid af van een zorgvuldige en
juiste inbouw:
Scherpe randen en vouwen vermijden.
Meegeleverde kanaalflenzen, steunflenzen of andere stalen
onderdelen moeten gecontroleerd worden en vergeleken worden
met de tekeningen. De boutgaten moeten in elke flens symmetrisch
gerangschikt zijn.
Bij het heffen van de compensator is het aan te bevelen een
steunplaat of een binnenframe te gebruiken. Het zou nog beter zijn
als de compensator voorgemonteerd op de bodem ligt, met losse
flenzen en geleideplaat (indien meegeleverd), voordat hij opgehesen
wordt.
Alle overige inbouwpunten volgens onze hoofdmontagehandleiding.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

425859