5.5.
Het product vastzetten aan de grond
1. Plaats de machine op de grond. Laat de vorken daarbij tijdelijk op hun plaats.
2. Markeer met een potlood de plekken op de grond waar je gaat boren door de boorgaten
te markeren.
3. Beweeg de heftruck naar achteren zodat de machine niet in de weg staat.
4. Plaats je boor, met het bevestigde boortje, in een rechte verticale positie.
5. Boor de gaten in de grond tot een maximale diepte van 100 mm.
6. Plaats de expansiepluggen in elk gat en duw ze in het gat. Als je de expansiepluggen er
niet handmatig in kunt duwen, tik er dan kort maar zachtjes op met de hamer zodat ze
het geboorde gat volledig in gaan.
7. Verplaats de vollebandenpers. Zorg ervoor dat de machine weer op dezelfde plaats
wordt gezet zodat de boorgaten en de gaten in de machine zijn uitgelijnd.
8. Pak nu het slaggereedschap en de keilbouten.
9. Plaats een keilbout in het slaggereedschap.
10. Zorg ervoor dat de keilbout op een rechte, verticale hoek staat.
11. Zet de machine vast aan de grond.
20/64