Snelstartgids
Afbeelding 7. Bedrading
B
D
A. Max. 1900 m (6234 ft) (afhankelijk van
kabelkenmerken)
B. Geïntegreerde spanningsstabilisator
en geïntegreerd filter
C. Afsluitweerstanden
D. Voeding
E. DP-PA-koppeling/-verbinding
4.1 Aarding van signaalbedrading
Laat de signaalbedrading niet samen met de voedingsbedrading door een
kabelbuis of open kabelgoot of in de buurt van zware elektrische apparatuur
lopen. De buitenkant van de elektronicabehuizing en de binnenkant van het
compartiment voor aansluitingen zijn voorzien van aardklemmen. Deze aarding
wordt gebruikt als er klemmenblokken voor overspanningsbeveiliging zijn
geïnstalleerd, of om aan de plaatselijke voorschriften te voldoen. Zie
hieronder voor meer informatie over de vereiste aarding van de
kabelafscherming.
1. Verwijder het behuizingsdeksel over de veldaansluitingen.
2. Sluit het dradenpaar aan en aard het zoals aangegeven in
kabelafscherming moet:
kort worden afgesneden en geïsoleerd zodat hij niet tegen de
transmitterbehuizing aankomt;
voortdurend met het afsluitpunt in verbinding staan;
aan de voedingszijde met een goed aardpunt worden verbonden.
10
E
F
H
G
A
C
I
F. Verbindingslijn
G. DP-network
H. Signaalbedrading
I. Aftaklijn
J. PROFIBUS PA-instrument
Maart 2019
I
J
Stap 2
Afbeelding
8. De