3 Veiligheidsaanwijzingen en normen
3
Veiligheidsaanwijzingen en normen
Vóór de installatie van het toestel moet het plaatselijke
energiebedrijf worden geïnformeerd.
Het toestel mag uitsluitend door een erkend installateur
worden geïnstalleerd. Die is ook verantwoordelijk voor
de deskundige installatie en inbedrijfstelling.
e
Gevaar!
Levensgevaar door elektrische schok!
Onjuiste installatie kan leiden tot een elektri-
sche schok of beschadiging van het toestel.
• Schakel veiligheidsvoorzieningen nooit uit en probeer
ze niet aan te passen.
• Houd rekening met de volgende methoden en voor-
zorgsmaatregelen:
• Neem de ketel vast aan de onderkant.
• Draag waar nodig veiligheidskleding, bijv. handschoe-
nen, veiligheidsschoenen.
• Gebruik veilige methoden voor het tillen:
• Houd de rug recht.
• Vermijd het draaien van de taille.
• Vermijd kromming van het bovenlichaam/afbuiging
van de topzwaarte.
• Gebruik bij het vastgrijpen altijd de handpalm.
• Gebruik de hiervoor bestemde grijppunten.
• Houd de lading zo dicht mogelijk bij het lichaam.
• Gebruik altijd hulp waar nodig.
• De gebruiker mag in geen geval knoeien met afgedich-
te onderdelen of ze aanpassen.
• Zorg bij het monteren van de aansluitingen dat de af-
dichtingen correct worden geplaatst om lekkage van
gas of water te vermijden.
• Deze ketel heeft metalen onderdelen (componenten).
Wees voorzichtig wanneer u omgaat met het toestel of
het schoonmaakt, en pas in het bijzonder op voor ran-
den.
3.1
Veiligheidsaanwijzingen
De verbrandingslucht die het toestel krijgt aangevoerd,
moet vrij zijn van chemische stoffen die bijv. fluor, chloor
of zwavel bevatten. Sprays, oplos- of reinigingsmiddelen,
verf en lijm kunnen dergelijke stoffen bevatten die bij ge-
bruik van het toestel in het ongunstigste geval kunnen
leiden tot corrosie, ook in de rookgasinstallatie.
Attentie!
a
Functiestoring!
De verbrandingslucht moet vrij zijn van deel-
tjes, omdat anders de brander kan worden ver-
vuild.
Let er vooral op dat geen bouwstof of vezels
van isolatiemateriaal in de verbrandingslucht
zitten.
8
In het industriële bereik, zoals bijv. kapsalons, lak- of tim-
merwerkplaatsen, schoonmaakbedrijven enz., moet bij
een van de omgevingslucht afhankelijke werkwijze altijd
een aparte plaatsingsruimte gebruikt worden. Hierdoor
moet ervoor worden gezorgd dat de verbrandingslucht
altijd vrij is van chemische stoffen. Bij het opstellen van
een of meerdere verbrandingstoestellen met een totaal
vermogen van groter dan 130 kW moet de ruimte vol-
doen aan de eisen van een stookruimte.
Een afstand van het toestel tot componenten van brand-
baar materiaal is niet vereist, omdat bij het nominale
warmtevermogen van het toestel aan het behuizingsop-
pervlak een lagere temperatuur voorhanden is dan de
max. toegestane temperatuur van 85 °C (let echter op
de aanbevolen minimumafstanden in hoofdstuk 4.3.2).
Bij gesloten CV-installaties moet een met het warmtever-
mogen overeenkomende veiligheidsklep met typekeuring
worden gemonteerd.
Aanwijzing m.b.t. uitvoering van de schoor-
h
steen:
Door de modulatie van de HR-gasketel met ver-
brandingsluchtaanpassing ontstaat een hoog
stooktechnisch rendement. Dat vereist een
technisch bewijs over de geschiktheid van de
schoorsteen conform de geldende normen.
Installatie
Attentie!
a
Functiestoring!
Spoel de CV-installatie voor de aansluiting van
het toestel zorgvuldig door!
Daarmee verwijdert u resten zoals walshuid,
hennep, kit, roest, lasresten, grove vervuiling
e.d. uit de buisleidingen.
Anders kunnen deze stoffen in het toestel te-
rechtkomen en storingen veroorzaken.
Verder raden wij u aan een vuilvanger en een
microbellenontluchter te plaatsen.
Attentie!
Lekkages!
Let erop dat de aansluit- en gasleidingen zonder
mechanische spanningen worden gemonteerd,
zodat er geen lekkages in de CV-installatie of bij
de gasaansluiting kunnen ontstaan!
Attentie!
Schade aan de schroefverbindingen!
Gebruik bij het vast- of losschroeven van
schroefverbindingen altijd passende steeksleu-
tels (geen buistangen, verlengingen enz.). On-
deskundig gebruik en/of ongeschikt gereedschap
kan schade veroorzaken (bijv. gas- of waterlek-
kages)!
Installatie- en onderhoudshandleiding ThermoSystem 0020076265_00