5. Volg uw vorderingen op de display.
Wanneer u op de loopband loopt of rent kan de
display de volgende workout informatie aangeven:
• De verstreken tijd
• De afstand die u gelopen of gerend heeft
• De intensiteitsbalk van de workout
• Het geschatte aantal calorieën dat u verbrand
heeft
• De hellingstand van de loopband
• Het aantal verticale meters die u geklommen
heeft
• De snelheid van de band
• Uw hartslag (zie stap 6)
• De matrix
De matrix kent verschillende display tabbladen.
Druk op de toets Display (weergave) tot het
gewenste tabblad aangegeven wordt.
Het tabblad Incline (helling) zal een profiel van de
hellinginstellingen van de workout aangeven. Een
nieuw segment zal aan het einde van ieder minuut
verschijnen. Het tabblad Speed (snelheid) zal een
profiel van de snelheidsinstellingen van de workout
aangeven.
Het tabblad My Trail (mijn pad) zal een piste van
400 m (1/4 mijl) aangeven. De opflikkerende
rechthoek zal uw vordering tijdens het oefenen
aangeven. Het tabblad My Trail (mijn pad) zal ook
het aantal afgelegde rondjes aangeven.
Het tabblad Calorie (calorieën) zal het geschatte
aantal calorieën dat u verbrand heeft aangeven.
De hoogte van ieder segment geeft het aantal
verbrande calorieën aan dat tijdens dat segment
verbrand is. Wanneer het tabblad Calorie gekozen
wordt zal de calorie display het geschatte aantal
calorieën dat u per uur verbrandt heeft aangeven.
De intensiteitsbalk van de workout zal tijdens het
oefenen het geschatte intensiteitsniveau van uw
workout aangeven.
Druk op de toets Home (thuis) om naar
het standaardmenu terug te keren (zie DE
INSTELLINGEN op bladzijde 27 om het standaard-
menu in te stellen). Druk, indien nodig, nogmaals
op de toets Home.
Wanneer een draadloze iFit-mo-
dule aangesloten is, zal het
ETS079913
symbool draadloos aan de
(24978)
bovenkant van de display
de sterkte van het draadloze
signaal aangeven. Vier bogen
geven volle sterkte aan.
Druk op de toets Stop, verwijder de sleutel en steek
de sleutel weer in om de displays te resetten.
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Aandacht: het bedieningspaneel zal uw hart-
slag niet nauwkeurig aangeven wanneer u
de handgreep met hartslagmonitor gebruikt
en tegelijkertijd de borstkas hartslagmonitor
draagt. Zie bladzijde 18 voor meer informatie over
de borstkas hartslagmonitor.
Verwijder de
velletjes plastic
van de metalen
contactpunten op
de sensorstang
voordat u de
handgreep met
hartslagmonitor
gaat gebruiken.
Zorg er ook voor
dat uw handen
schoon zijn.
Ga, om uw hartslag te meten, op de voetrails
staan en houd de sensorstang vast met uw hand-
palmen op de metalen contactpunten; beweeg uw
handen niet. Wanneer uw hartslag gemeten kan
worden, zal bij iedere hartslag een hartsymbooltje
in de calorie display opflikkeren, en uw hartslag zal
dan aangegeven worden. Houd de contactpunten
ongeveer 15 seconden lang vast voor de meest
nauwkeurige hartslagwaarde.
22
Contactpunten